72
22 Juli 1946
De Voorzifter is van meening dat het onjuist moet
worden geacht thans op dezen Wethouder aanvallen
doen- nu deze zich niet meer kan verdedigen.
De heer Disselkoen constateert dat het beleid van
dezen Wethouder op dit punt vöör 1920 alle lof ver-
dient, maar dat hij na dat jaar niet meer tot den bouw
neert bijgedragen,
De heer Mr. Bakhuizen van den Brink zal over de
opmerkingen van den heer Disselkoen niet veel meer
zeggen. Het heeft nimmer in zijn bedoeling gelegen
voor dictator te spelen en eigenmachtig te decreteeren
dat de commissie inzake de bestudeering van het wo~
ningvraagstuk niet bijeen behoorde te komen. Volgens
spreker heeft nooit een der leden van de commissie den
wensch te kennen gegeven haar te laten vergaderen
en meende hij dan ook met instemming der commissie
deze zaak te laten rusten.
De heer Van der Erf zegt, dat indertijd door Wet~
houder Dr. Droog zeer veel gedaan is voor den volks-
woningbouw. Mede door de gunstige steunnormen in
Heemstede bestond het gevaar, dat bij stimuleering van
den bouw dezer woningen werkloozen van elders in
toenemende mate naar onze gemeente zouden worden
getrokken en dat was niet in het belang van de hier
wonende arbeiders, Aangaande de bedrijfstarieven
hebben zoowel Wethouder van Unen als Wethouder
Jhr. van de Poll gereageerd op hetgeen uit den Raad
hierover is te berde gebracht. Eerstgenoemde heeft
betoogd dat de bedrijfswinsten alleen door het groo-
tere verbruik van de beter-gesitueerden worden ver~
kregen. Wethouder Jhr, van de Poll heeft er op ge-
wezen, dat de gemeente door deze winsten drijvende is
gebleven De Voorzitter heeft zich eveneens in dezen
zin uitgesproken. Er is geen bezwaar tegen het voeren
van een zoodanige bedrijfspolitiek, dat een redelijke
winst verkregen wordt, maar bij de bepaling van de
tarieven moet in het oog gehouden worden, dat het
gaat om de kosten van de eerste levensbehoeften. De
prijs van gas, water en electriciteit moet op een zoo-
danig bedrag worden gesteld dat een ieder tot een zoo
ruim inogelijk gebruik in staat wordt gesteld. Zou het
