22 ïuli 1946. 65
Iij'cheid betuigt. Spreker wil allereerst opmerken dat
hier bhjkbaar een misverstand bestaat tusschen hem en
den heer Disselkoen. De heer Disselkoen veronderstelt
het niet oijeenroepen van de commissie ad hoc ziin
oorzaak vindt in een gebrek aan tijd bij spreker.De
eer Disselkoen zal spreker echter moeten toeqeven
at van spreker in den Raad of in de commissies
geen absentie heeft kunnen ondervinden. Hier is dus
geen sprake van gebrek aan tijd om de bedoelde com-
missie bijeen te roepen. De heer Disselkoen stelt het nu
voor, alsoi hij onophoudelijk op een vergaderinq aan-
gedrongen zou hebben. Dit moet spreker pertinent ont-
kennen. <Vel heeft spreker een brief van den heer
Uisselkoen ontvangen, waarin echter niet speciaal om
een vergadering werd verzocht, doch de zaak alge-
meen naar voren werd gebracht. De heer Verspoor
noc een van de andere leden der commissie ad hoc
eboen eenigen aandrang uitgeoefend om bijeen te ko-
men. Als zij dit gedaan hadden, dan zou spreker zeker
een vergadermg bijeen hebben geroepen. Uit het niet
erhalen van zijn poging door den heer Disselkoen,
eelt spreker de conclusie getrokken, dat er voor deze
commissie heel weinig te doen was. Een gedeelte van
de taak van deze commissie is tijdens de zitting van
en yorigen raad verricht. Met den Directeur van
Upenbare Werken is een bespreking gehouden, waar-
bij hem het rapport der commissie is ter hand gesteld
had 9een 2in cfie zaak af te sluiten, in afwachting
van de vooruitzichten of een hervatting van den wo-
ningbouw zich zou realiseeren, Spreker was van
meening, dat er heel weinig aspecten waren, die er op
vvezen. dat binnenkort van woningvoorziening sprake
2ou zijn. Bij spreker bestond niet den wensch om den
heer Disselkoen te trotseeren. Alleen had spreker blijk-
baar een andere opvatting over dit onderwerp, die mis-
schien fout is geweest,
De heer Mr. Pliester acht het beter zich van uitvoe-
rige algemeene beschouwingen te onthouden. Spreker
kan te dien aanzien dan ook de motieven van dien heer
Mr. Bakhuizen van den Brink onderschrijven. Spreker
betuigt zijn waardeering voor het feit, dat de financiën
in t bestuursloos tijdperk zoo gunstig zijn terecht geko-
