23 Augustus 1946
97
en voorzoover den kapitaaldienst betreft
in uitgaven metf 1.352.858.71
inkomsten mettt 943,956.51
met nadeelig saldo op den kap.dienst f 408.902.20
De Voorzitter deelt medet dat de Financieele Com-
missie zich met de haar voorgelegde rekening over
1944 tot de bovengenoemde bedragen kan vereenigen
en mitsdien voorstelt, deze onveranderd door den raad
te doen vaststellen, terwijl zij den raad verder advi-
seert den staat van oninbare en nog te verhalen pos-
ten, aangevende als nog te verhalen een bedrag groot
107.701.61 ongewijzigd vast te stelïen,
Zonder hoofdelijke stemming wordt conform beslo-
ten.
IV. ONDERZOEK GELOOFSBRIEVEN
RAADSLEDEN.
De Voorzitter deelt mede, dat overeenkomstig art. 4
van het reglement van orde een commissie voor 3 leden
moet worden samengesteld, die uit haar midden een
rapporteur benoemt. Spreker verzoekt de heeren Reijn-
ders en van den Berge met hem het bureau van stem-
opneming te vormen.
Uit de gehouden stemming blijkt, dat de heeren Dr,
Brongersma en Kamerbeek met 17 stemmen en Mr.
Bakhuizen van den Brink met 16 stemmen zijn geko-
zen,
De Voorzitter stelt de betrekkelijke stukken in han-
den van deze commissie en schorst de vergadering
gedurende dit onderzoek.
Na heropening brengt de heer Mr. Bakhuizen van
den Brink als rapporteur verslag uit van dit onderzoek
en deelt het volgende advies der Commissie aan den
Raad mede.
De ondergeteekenden, Mr. R. C, Bakhuizen van den
Brink, Dr. Brongersma en J. Kamerbeek, leden der
Commissie benoemd door den Raad voor het nazien
der geloofsbrieven van de benoemd verklaarde leden
an den raad dezer gemeente, hebben de eer aan den
Raad te adviseeren tot toelating van de heeren: 1. Mr.