8
30 Januari 1947.
niet mogelijk is de boomen in de Zandvoorter Allee op
te kappen, door de middelste takken te verwijderen
netgeen aanmerkelijk zal schelen voor toetredinq van
licht en lucht tot de huizen.
De heer Van Lent, Wethouder. zegt, dat door de
vroeg mvallende vorst in December en de strenge kou
in Januari, de voorraad brandhout, welk hout van ge-
meentewege voor zieken en ouden van dagen beschik-
baar wordt gesteld, is uitgeput, terwijl Burgemeester
en Wethouders de genoemde categorieën toch gaarne
aan hout wilden helpen. Zij redeneerden nu aldus, dat
als bedoelde boomen werden gekapt, dan weer brand-
houî beschikbaar zou komen, omdat n.l. het kophout
daarvoor mag worden aangewend. De stammen die tot
werkhout worden verwerkt, moeten worden ingeleverd.
Bovendien kon men hierdoor de menschen aan het
werk houden. Dit zijn de redenen waarom Burgemees-
ter en Wethouders op het besluit van den Raad, zijn
vooruitgeloopen, na de plantsoenencommissie hierover
te hebben gehoord.
Spreker had verwacht, dat het voorstel om boomen
m de Zandvoorter Allee te rooien, niet zonder meer den
Raad zou passeeren. Daarvoor heeft spreker genoeg
boomdebatten in deze vergadering meegemaakt, terwijl
men vroeger ook een kampioen voor het behoud der
boomen in zijn midden had, Ook in het College van
Burgemeester en Wethouders was men niet enthousiast
over het voorstel. Om twee redenen hebben Burge-
meester en Wethouders echter besloten, het voorstel
toch te doen. Ten eerste omdat het werd verzocht door
de bewoners in verband met de toetreding van zon en
licht tot de huizen, die door de boomen vochtig zijn.
Spreker kan dit argument onderschrijven. De boomen
staan vrij dicht op de huizen aan de Oostzijde van de
Zandv. Allee. Nu is het buitengewoon aardig om naar
huizen met een boomenentourage te kijken, maar het is
volgens spreker een straf om daarin te wonen als de
boomen het licht onderscheppen. Vooral in dezen tijd
van dubbelwoning der huizen, is het niet aangenaam
als men van boven af niet anders ziet dan boomen. De
tweede reden was het advies van den heer Bleeker,' ad-
viseur voor de Plantsoenen, om de buitenste rij boomen