139
29 Mei 1947
De heer Van Lent zegt, dat deze zaak in het college
van burgemeester en wethouders is bekeken. Reeds
eerder hebben burgemeester en wethouders deze ruïne
willen opruimen, maar zij zijn teruggeschrokken voor
het kapitaal dat daarmede gemoeid is. Deze zaak is
door spreker nog besproken met het Hoofd van de
Wederopbouw om alsnog wijziging te krijgen in het
ingenomen standpunt dat geen opruiming mag plaats
vinden. De mogelijkheid bestaat dat onder bepaalde
voorwaarden alsnog tot opruiming kan worden over-
gegaan. Als er niet opgebouwd wordt, dan moet het
puin blijven liggen. Burgemeester en wethouders zijn
ten aanzien van deze zaak diligent. Zij hebben op
spoed aangedrongen, opdat deze wonde plek zo spoe-
dig mogelijk uit de gemeente verdwijnt. Indertijd is
aan de opruiming reeds begonnen maar toen moest daar
van hogerhand mede worden gestopt.
Hierna sluit de voorzitter de vergadering.
De secretaris, De voorzitter,