78
27 November 1947.
SCHOOLMELKVERSTREKKING
Aan de Raad.
Reeds in 1937 werd door deze gemeente, als een van
de eerste gemeenten in den lande, medewerking ver-
leend voor de verstrekking van melk aan schoolkinderen
tijdens de lesuren. Deze melkverstrekking moest uiter-
aard in de loop van de oorlog worden stopgezet.
In 1946 was de Regering voor het eerst na de oorlog
weer in de gelegenheid in een klein aantal gemeenten
en op beperkte schaal melk beschikbaar te stellen voor
de verstrekking aan schoolkinderen. Wij hebben toen
reeds gepoogd ook de kinderen uit onze gemeente in
deze regeling betrokken te krijgen. Dit bleek niet moge-
lijk omdat, in verband met de onvoldoende melkproduc-
tie, de verstrekking slechts kon worden toegestaan in
gemeenten boven 25000 inwoners.
Aangezien wij de melkverstrekking aan schoolkinde-
ren van groot belang achten voor het behoud en de
bevordering der gezondheid, hebben wij onze aandacht
op deze aangelegenheid steeds gevestigd gehouden en
het is ons tenslotte gelukt, hoewel ook thans de bepaling
nog bestaat dat de gemeenten tenminste 25000 inwoners
moeten tellen, een toewijzing voor melk, zonder bon,
voor onze schoolkinderen te verkrijgen.
Wetende dat de schoolmelkverstrekking ook Uw
volle instemming heeft, hebben wij onmiddellijk de
nodige maatregelen genomen om de kinderen zo spoedig
mogelijk de zo zeer begeerde melk te verschaffen.
Dat de melk zeer op prijs wordt gesteld blijkt wel
uit het feit, dat ruim 80 van het aantal schoolkinderen
aan de melkverstrekking deelneemt, terwijl dit percen-
tage vroeger nauwelijks 50 bedroeg. Een vooraitgang,
welke duidelijk aantoont, dat hiermede in een ernstig
gevoelde behoefte wordt voorzien.
Teneinde het nut der melkverstrekking zo groot mo-
gelijk te doen zijn is, evenals voorheen, bepaald dat
gebruik van melk, gratis of tegen gedeeltelijke betaling
van de kostprijs, mogelijk is voor die kinderen, wier
ouders een inkomen genieten, dat beneden een zekere
grens blijft.