76
29 Juli 1948.
omschreven in de Woningwet met de daarbij beho-
rende Koninklijke besluiten en Ministeriële beschikkin-
gen.
Het bestuur is verder bevoegd tot alle handelingen,
vallende binnen de werkkring der stichting, voor zover
bij deze statuten niet anders is bepaald.
Artikel 8.
De bestuursleden nemen middellijk noch onmiddellijk
deel aan de leveringen of aannemingen ten behoeve van
de stichting.
Geldelijk beheer.
Artikel 9.
De geldmiddelen van de stichting mogen voor geen
ander doel dan in het belang van de verbetering der
volkshuisvesting worden aangewend.
Artikel 10.
Vervreemding of bezwaring van onroerende goede-
ren der stichting kan niet anders geschieden dan met
goedkeuring van burgemeester en wethouders der ge-
meente, waarin de goederen zijn gelegen, en indien de
stichting voorschot genoot van een andere gemeente,
dan wel rechtstreeks van het rijk, zolang dat voorschot
niet is afgelost, mede met goedkeuring onderscheiden-
lijk van burgemeester en wethouders van laatstgenoem-
de gemeente of van de daartoe aangewezen Ministers,
met dien verstande, dat, bij weigering van een goed-
keuring door burgemeester en wethouders, die goedkeu-
ring kan worden verleend door Gedeputeerde Staten,
het gemeentebestuur gehoord.
Hetzelfde geld.t voor het aangaan van leningen.
Artikel 11
Kasgelden, die niet terstond v'oor het doel der stich-
ting kunnen worden aangewend, zullen worden belegd
op de door burgemeester en wethouders van Heemstede
aan te geven wijze.