160
16 Juni 1949
43. Uitbreiding Nicolaas Beetsschool.
De voorzitter deelt mede dat de commissie voor het
onderwijs zich hiermede kan verenigen.
De heer Mr. van Wijk heeft in de stukken niets ge-
lezen over het bedrag, dat met deze uitbreiding gemoeid
zal zijn. Nu is er een noodoplossing gevonden. Spreker
is van mening, dat het beter is met de definitieve ver-
bouwing van de school te wachten, omdafhij het
gevoel heeft, dat over twee jaar goedkoper gebouwd
zal kunnen worden dan nu. Spreker vraagt wat deze
uitbreiding zal moeten kosten.
De heer Disselkoen, wethouder, antwoordt, dat het
niet te verwonderen is dat de heer Mr. van Wijk
nadere gegevens bij de stukken heeft gemist, omdat de
beoordeling daarvan niet aan de raad is. De raad
neemt in gevallen als dëze alleen het principe-beslu'it
of de aanvrage al of niet wordt ingewilligd. Burge-
meester en wethouders stellen daarna het benodigde
bedrag vast.
Spreker is het eens met de opvatting van de heer
Mr. van Wijk, dat hier geen overhaasting behoeft
plaats te vinden. Het lokaal voor handenarbeid wordt
nu ondergebracht in een gebouw van steen, hetwelk
nog vele jaren mee zal kunnen.
Voor de heer Verhoeven staat het niet vast dat men
er verstandig aan doet om het bouwen uit te stellen.
Het gerucht gaat n.l., dat er een devaluatie van het
geld op handen is. Het gevolg daarvan zal zijn, dat de
lonen zullen stijgen, hetwelk door zal werken. De in-
komsten van de gemeente zullen stabiel blijven, maar
de uitgaven van de gemeente groter worden. Als nu
een werk uitgevoerd kan worden, dan verdient het
volgens spreker aanbeveling om het te doen. Spreker
maakt deze opmerking in het algemeen.
De heer Disselkoen, wethouder, zegt, dat bij deze
aanvrage ook nog andere factoren hun invloed doen
gelden. Deze houden verband met de invoering van
het 7e leerjaar en de toename van het geboortecijfer.
Te zijner tijd moet deze school toch verbouwd worden,
waarbij een en ander gecombineerd kan worden met
andere voorzieningen.