79
27 October 1949.
artikel 55bis der Lager-onderwijswet 1920, voorlopig
vast te stellen op 20346,30 518,75 20856,05
voor het gewoon- en op 9965,49 146,50 10111,99
voor het uitgebreid lager onderwijs;
b. het bedrag, dat, overeenkomstig het krachtens
artikel 55bis per leerling bepaald bedrag, in verband
met het gemiddeld aantal leerlingen der scholen over
het jaar 1948 beschikbaar is gesteld voor de sub a
bedoelde uitgaven voorlopig vast te stellen op:
6912/3 X 24,95 17257,09 voor het gewoon- en
op 1951/ X 39,64 7743,— voor het uitgebreid
lager onderwijs;
c. het verschil tussen de sub a en b bedoelde be-
dragen voorlopig vast te stellen als volgt:
het bedrag sub a voor het gewoon lager onderwijs
is 3607,96 meer dan het bedrag sub b voor dat
onderwijs
het bedrag sub a voor het uitgebreid lager onderwijs
is 2368,99 meer dan het bedrag sub b voor dat
onderwijs.
Gedaan ter openbare raadsvergadering van
27 October 1949.
De secretgris,
De voorzitter,