104
29 December 1949
materiaal en van de topografie van de eigen
gemeente en haar directe omgeving, grondige
kennis van brandveiligheidsvoorzieningen nopens
het voorkomen en localiseren van brand en van
ontvluchtingsmogelijkheden bij brand in wo-
ningen, openbare gebouwen, bedrijfsruimten en
bedrijfsgebouwen, geschiktheid tot het zelfstan-
dig leiden van de brandbestrijding en tot het
geven van instructie aan ondergeschikten.
2. In bijzondere gevallen kan de burgemeester afwijken
van de onder g gestelde eisen.
3. De in het eerste lid bedoelde aanstelling geschiedt
ais regel met een proeftijd van een jaar.
Artikel 8.
Voor aanstelling in de rang van aspirant-brand-
wacht komen in aanmerking zij, die:
a. voldoen aan de eisen genoemd in artikel 7 sub
a, b, c en f;
b. een leeftijd tussen de twintig en vijf en dertia
jaar hebben bereikt;
c. zich schriftelijk bereid verklaren deel te nemen
aan het examen voor de rang van brandwacht 2e
klasse, bedoeld in de beschikking van de Minister
van omnenlandse Zaken Afd, O.O en V (B W
van .15 Febr. 1949 nr. 18181.
Artikel 9.
1. Voor bevordering tot brandwacht komt in aan-
merkmg de aspirant-brandwacht, die een diensttijd
als zodamg heeft van ten minste één iaar en het
exatnen voor brandwacht 2e klasse met goed qevolq
heeft afgelegd. s
2. Bij dit examen moet blijken, dat aan de volqende
eisen wordt voldaan;
a. bekendheid met het gebruik en de toepassing
van het plaatselijk brandweermateriaal;
bekendheid met de plaatselijke bluswatervoor-
ziening, de plaatselijke instructies voor de be-
wakingsdiensten, het plaatselijk toegepaste