106
14 Februari 1950.
niet verlaagd kan worden.
De heer Disselkoen, wethouder, antwoordt, dat de
Loegrootheid van dit bedrag verband houdt met de
plannen van de commissie Koninginnedag. Met de
eigenlijke plannen van deze commissie hebben burge-
meester en wethouders tot nu toe geen bemoeienis ge-
had. zodat zij daar heel objectief tegenover staan. Des-
ondanks wil spreker deze post uit volle overtuiging
verdedigen.
Vijftig jaar lang is de Koninginnedag gevierd op 31
Augustus met het traditionele oranjezonnetje. Ook in
andere opzichten was deze datum zeer geschikt. Hij viel
aan het einde van de vacantie van de middelbare scho-
len, terwijl ook de lagere scholen nog niet goed op gang
waren. De mensen waren dus verwend. Als we in de
toekomst kijken, dan zal over enkele tientallen jaren de
Koninginnedag moeten worden gevierd in Januari. Wij
moeten de datum van 30 April dan ook als overgang
zien. De viering zal later moeten worden omgeschakeld
in de vorm van schoolviering, in kerken, enz. Nu hangt
deze periode daar tussen in. De vraag is, of het goed is
de viering nu al in te schakelen op een viering in
Januari. Nu de Koninginnedag nog in April is kan de
dag gevierd worden zoals we dat gewend zijn. Spreker
herinnert er aan dat het Nederlandse volk, na het huwe-
lijk van Koningin Wilhelmina, voortdurend beducht was
voor het uitsterven van het Oranjehuis, totdat op 30
April 1909 zijn voortbestaan was verzekerd. Ieder, die
dit heeft meegemaakt, zal zich herinneren wat dat voor
ons volk betekende. Van ganser harte beveelt spreker
de inschakeling van de bevolking in de viering van deze
dag aan.
Het eigenaardige in deze gemeente was, dat de be-
volking op die dag haar vermaak in andere gemeenten
zocht. De commissie Koninginnedag heeft daarom bij
het 50-jarig regeringsjubileum van H.M. de Koningin
de proef genomen met het opvoeren van een jubileum-
stuk in het Sportpark. Dit stuk had verdiensten en na-
delen, omdat het maakwerk was. Koninginnedag heeft
nu het plan opgevat wat anders te brengen. Er blijken
nog duizenden mensen te zijn, die nog nooit in een
schouwburg zijn geweest of een openluchtspel hebben
gezien. Verleden jaar is een stuk van Moliêre gegeven,
