12 23 Februari 1950. 2e Afd.
UITKERINGSBESLUIT EERSTE KWARTAAL
1950.
De Raad der gemeente Heemstede;
Gezien de circulaire van de Minister van Binnen-
landse Zaken van 16 Januari 1950 No. 42065/G.. Afd.
Ambt. Zaken, bureau III, en het K.B. van 20 Januari
1950, Stbl. No. K. 15;
Overwegende, dat het, in verband met de jongste
stijging van de kosten van levensonderhoud wenselijk
is ook aan een deel van het gemeentepersoneel boven
de bezoldiging een uitkering toe te kennen;
Gehoord het voorstel van burgemeester en wethouders;
Gelet op het advies van het Centraal Bureau inzake
gemeenschappelijke behandeling van gemeentelijke per-
soneelsaangelegenheden;
BESLUIT:
het K.B. van 20 Januari 1950, Stbl. No. K. 15, hou-
dende toekenning van een uitkering over het eerste
kwartaal 1950 aan een deel van het Rijkspersoneel, van
het politiepersoneel en van het personeel van onder-
wijsinrichtingen en -instellingen, (uitkeringsbesluit
eerste kwartaal 1950) voor zover nodig en mogelijk van
toepassing te verklaren op de overeenkomstige groepen
van gemeentepersoneel wier wedde of loon van ge-
meentewege wordt geregeld, met dien verstande:
a. dat waar in artikel 6 onder a van genoemd K.B.
wordt gesproken van ,,artikel 5 van het koninklijk
besluit van 3 Augustus 1922 (Stbl. No. 479), tot
regeling van de toekenning van wachtgeld aan
burgerlijke rijksambtenaren" in de plaats daarvan
wordt gelezen: ,,artikel 5 van het raadsbesluit van
30 Augustus 1931 tot regeling van het wacht-
geld voor het gemeentepersoneel, zoals dat besluit
nader is gewijzigd";
b. dat dit besluit niet van toepassing is op het per-
soneel der Vrijwillige Brandweer, op nevenbetrek-
kingen welke vervuld worden naast een betrek-
