9 Maart 1950. 151 uitgaven, een vermeerdering en vermindering van f 3650.en voor de kapitaaldienst in inkomsten en uitgaven een vermeerdering van f 30.000. De voorzitter deelt mede, dat de commissie voor de financiën zich, blijkens haar advies, hiermede kan verenigen. Het ontwerp-besluit wordt zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming vastgesteld. De heer Ir. Kooijmans wil nog even terugkomen op het punt reservefonds voor bijzondere doeleinden. Spre- ker vraagt of dit instituut noodzakelijk is en welke stipulaties nodig zijn, voor gebruik van het fonds. De heer Mr. Bakhuizen van den Brink, wethouder, antwoordt, dat dit fonds, evenals zulks bij het Rijk en de Provincie het geval is, gebruikt wordt voor het onderbrengen van reserves. Dit staat in verband met de begrotings-techniek. Spreker vraagt de heer Ir. Kooij- mans wat hij precies bedoelt. De heer Ir. Kooijmans zou gaarne vernemen welke voorwaarden verbonden zijn aan gebruik van het fonds. De heer Mr. Bakhuizen van den Brink, wethouder, antwoordt, dat hij de heer Ir. Kooijmans daarover gaarne in een volgende vergadering wil inlichten. Hierna schorst de voorzitter de vergadering om over te gaan tot een besloten zitting. Na heropening der vergadering, niets meer aan de orde zijnde, sluit de voorzittei* de vergadering. V. RONDVRAAG. De secretaris De voorzitter,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1950 | | pagina 3