23
30 Maart 1950.
2e Afd.
BENOEMING ONDERWIJZERES
DREEFSCHOOL.
Ter voorziening in de vacature van onderwijzeres
aan de Dreefschool, ontstaan tengevolge van het over-
lijden van Mej. R. H. Wagenborg, werden onlangs
sollicitanten opgeroepen, waarna het hoofd der school
ons zijn bericht, als bedoeld in artikel 36, 8e lid der
Lager-onderwijswet 1920, heeft ingezonden.
Met de inspecteur van het lager onderwijs in de
inspectie Amstelveen, werd over de op te maken voor-
dracht overleg gepleegd.
Naar aanleiding van deze stukken hebben wij de
volgende voordracht opgemaakt:
1. Mej. M. J. Dienaar, tijd. onderwijzeres Dreefschool
2. Mej. W. D. Langhorst, tijd. onderwijzeres
Crayenesterschool
3. Mej. C. J. Stubbe, tijd. onderwijzeres Amsterdam
Wij stellen U voor tot de benoeming van een onder-
wijzeres aan genoemde school over te gaan en de
benoeming te laten ingaan op een nader door ons te
bepalen datum.
De betrekkelijke stukken liggen ten raadhuize voor
U ter inzage.
Heemstede, 22 Maart 1950.
Burgemeester en wethouders van Heemstede,
A. G. A. van Rappard.
De secretaris,
Westra, l.s.
Behoort bij de notulen van de raad der gemeente
Heemstede van 30 Maart 1950.