189
23 Mei 1950.
onderstand enz. door Maatschappelijk Hulpbetoon in
zijn vroegere vorm. Spreker zegt echter nog nooit een
klacht uit de burgerij vernomen te hebben over de wijzc
waarop de tegenwoordige dienst werkt. Trouwens in
de grote gemeenten zijn al dergelijke diensten geleide-
lijk in gemeentelijke diensten omgezet. Spreker is dan
ook de opvatting toegedaan, dat dit een verbetering is
geweest.
Het geuite bezwaar door de heer Mr. Pliester over
het woord ,,richtig", voorkomende in artikel 4 van het
..reglement fonds armengoederen" (raadsstuk 36) kan
spreker niet delen. Spreker wijst er op, dat in het orgaan
van het Algemeen Ned. Verbond ..Neerlandia" in de
rubriek taalzuivering, kort geleden het woord „richtig"
is behandeld, waarbij men tot de conclusie kwam, dat
richtig ook in het Nederlands een behoorlijk woord is.
Wel bestaat er in het Duits een woord ,,richtig", maar
dat doet aan de zuiverheid van het Nederlandse woord
,,richtig" niets af. Er zijn zoveel woorden, die in het
Duits en Nederlands gelijk zijn en waarbij toch niet
van een germanisme kan worden gesproken.
Spreker bestrijdt het bezwaar van de heer Kamer-
beek tegen de twee laagste tarieven in de ,,verordening
op de hondenbelasting" (raadsstuk 30). door er op te
wijzen, dat men de hondenbelasting niet moet zien als
een instituut om lasten op de gemeentenaren te leggen
en daardoor de gemeentekas te spekken, maar als een
maatregel om de overmatige uitbreiding van het aanta!
honden tegen te gaan. Dit geldt dus ook voor degenen
die een inkomen hebben van nihil tot f 2000.Ook
voor hen is de rem om het aantal honden binnen de
perken te houden, noodzakelijk. Het staat aan hen die
de belasting te bezwaarlijk vinden vrij, hun hond af te
schaffen. Naar sprekers oordeel kan deze rem niet
gemist worden.
In verband met het door de heer Kamerbeek geopper-
de bezwaar tegen artike! 7 van de ,,verordening op de
heffing van rechten volgens de besmettelijke ziekten-
wet" (raadsstuk 31) wijst spreker op artike! 8 van deze
verordening, waarbij is bepaald, dat onjuiste aanslagen
ambtshalve kunnen worden hersteld, Hieraan is geen
termijn verbonden, zodat eventuele onbillijkheden ook
langs deze weg kunnen worden ondervangen.
Inzake de bedenkingen van de heer Kamerbeek tegen