29 Juni 1950
242
dienst in inkomsten een vermeerdering van f 70.250.
en in uitgaven een vermeerdering van f 71.904,en
een vermindering van f 1.654,en voor de kapitaal-
dienst in inkomsten een vermeerdering van
f 589.613,57 en een vermindering van f 250,en in uit-
gaven een vermindering van f 250,
h. besluit tot wijziging van model D no. 8, tot wijzi-
ging van de gemeente-begroting 1949, dienstjaar 1949.
De Voorzitter deelt mede, dat de financiële commis-
sie zich hiermede kan verenigen.
De heer Reijnders vraagt inlichtingen over het z.u
hoge bedrag van f 700.voor het juridisch advies in
verband met de opheffing van de tram.
De heer Mr. Bakhuizen van den Brink, wethouder,
antwoordt, dat, toen met instemming van de heer Reijn-
ders de tram vervangen werd door de bus, naar het
oordeel van de raad onderzocht diende te worden in
hoeverre de nadeien die daardoor voor de gemeente
zouden ontstaan, op de N.Z.H.V.M. verhaald konden
worden. Doordat hierbij oude concessies en allerlei
wets- en reglementsbepalingen in ogenschouw moesten
worden genomen, was een en ander een ingewikkelde
rechtsquaestie, waarvoor burgemeester en wethouders
zich niet competent achtten en daar ook geen tijd voor
hadden. Het onderzoek werd daarom opgedragen aan
een advocaat in deze gemeente woonachtig. Het rapport
is in twee delen uitgebracht en getuigt van een zeer
intensieve studie. De resultaten daarvan zijn nog niet
aan de raad medegedeeld, omdat men nog niet zover is.
De heer Reijnders zegt, dat hij nochtans het idee
heeft dat advocaten schrikbarend duur zijn.
De ontwerp-besluiten worden vervolgens zonder
hoofdelijke stemming vastgesteld.
XV. RONDVRAAG.
De Voorzitter zegt, dat hij in de vorige vergadering,
naar aanleiding van een vraag van de heer Mr. Zeelen-
berg, heeft toegezegd, dat hij gegevens omtrent de be-
hoefte aan woningen zou geven. Spreker wil aan die
toezegging thans voldoen.