269
31 Augustus 1950.
onderwijs nodige gelden uit de gemeentekas te moqen
ontvangen;
f. idem d.d. 17 Augustus 1950, om, op grond van
artikel 72, eerste lid, van de lager onderwijswet 1920,
de nodige gelden uit de gemeentekas te mogen ont-
vangen voor het maken van een afscheiding in het
handwerklokaal van de Jacobaschool, waardoor in dit
lokaal twee klassen leerlingen van de St. Henricus
u.l.o.-school zullen kunnen worden opgenomen.
Overeenkomstig het voorstel van burgemeester en
wethouders wordt besloten de stukken genoemd onder
e. cn f. in hun handen te stellen om advies.
g. Brief van de Mij. tot bevordering der bouwkunst,
Bond van Nederlandse architecten, d.d. Augustus 1950,
waarin stelling wordt genomen tegen het optreden van
ambtelijke diensten als architect voor de bouw van
werken, welke niet uitsluitend ten dienste van het
gemeentelijk apparaat staan.
Overeenkomstig het voorstel van burgemeester en
wethouders wordt besloten dit adres voor kennisgeving
aan te nemen, aangezien geen vrees behoeft te bestaan,
dat het gemeentebestuur zou toestaan ambtelijke dien-
sten in te schakelen voor particuliere werkzaamheden.
Vervolgens wordt, overeenkomstig het voorstel van
burgemeester en wethouders, besloten aan G. C.
Brussee, voor zijn dochter Lydia, met ingang van
1 September 1950, een bijdrage in de reiskosten voor
het bezoeken van de openbare school voor buiten-
gewoon lager onderwijs ,,Buitenrust" te Haarlem. te
verlenen, ten bedrage van f 5.per maand.
Instructie schoolarts.
De heer Zegwaart heeft de instructie voor de school-
arts, welke bij de stukken ter visie lag, ingezien, waar-
voor hij burgemeester en wethouders dankt. Hierin is
spreker één ding opgevallen, n.l., dat er een naam onder
staat, die voor spreker vele onaangename herinneringen
opwekt. Spreker vraagt zich af, of het niet juister is,
deze instructie opnieuw te drukken, waardoor de door
hem gewraakte naam kan verdwijnen.
De heer Disselkoen, wethouder, is het met de heer
