28 September 1950. 296 reisjes in haar leerplan heeft opgenomen. Spreker is van oordeel, dat men in dit geval niet verder moet gaan dan zover als de gemeentelijke portemonnaie toestaat. De heer Disselkoen, wethouder, wil de sprekers die wel verheugd maar nog niet voldaan zijn, er aan her- inneren wat het uitgangspunt bij het beoordelen van deze kwestie moet zijn. Dit is geen poging tot subsi- diëring van de scholen. Deze bijdrage moet echter gezien worden als een doorvoering ten opzichte van de ouders van de gelijkstelling van het bijzonder en open- baar middelbaar onderwijs. Dit kan alleen worden be- reikt -door de kinderen zonder andere verplichte offers het bezoeken van de bijzondere scholen mogelijk te maken. In verband met de door de sprekers gemaakte opmerkingen is het nodig dit goed voor ogen te hou- den. Met moet dan tot de slotsom komen, dat de ouders niet meer tot een bijdrage verplicht mogen worden. Dit zou onjuist zijn en de basis aan het voorstel ont- nemen. In antwoord op het gesprokene door de heer Ver- hoeven, zegt spreker, dat burgemeester en wethouders van mening zijn, dat het verlenen van vrijwillige bij- dragen aan de scholen, waarbij sp'reker ook de open- bare insluit, niet voldoende gewaardeerd kan worden. Het is zeker niet bedenkelijk, dat de ouders voor be- paalde bijzondere uitgaven der scholen offers brengen. Zo is juist gisteren door de ouders van leerlingen van de Bronsteeschool geld bijeengebracht voor een vol- ledige radio-installatie. Spreker noemt het gelukkig, dat de ouders voor dergelijke zaken wat over hebben. In deze gedachtengang ligt evenwel opgesloten, dat de ouders niet verplicht mogen worden tot het geven van een bijdrage. Spreker is het met de heer Verhoeven eens, dat elk bedrag dat voor deze bijzondere uitgaven nu beschik- baar wordt gesteld, betrekkelijk willekeurig is. Burge- meester en wethouders zouden dit zö willen zien, dat zij wijziging van het bedrag alleen zullen bevorderen als het verschil tussen de werkelijke kosten en de vastge- stelde gemeentelijke bijdrage te groot blijkt te zijn. Wel wil spreker er op wijzen, dat als de werkelijke uitgaven b.v. 19.hebben bedragen, er voor burgemeester en wethouders geen aanleiding zal zijn om haar te verlagen

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1950 | | pagina 11