297 28 September 1950. maar er ook geen aanleiding is om haar te verhogen indien blijkt dat de kosten b.v. f 21.hebben bedra- gen. Spreker hoopt, dat de heer Verhoeven zich na deze toelichting wel met het voorstel van burgemeester en wethouders zal kunnen verenigen. Met de heer Mr. Dr. van Bruggen hoopt spreker, dat het voorstel van burgemeester en wethouders met algemene stemmen zal worden aangenomen. Het gemis van een normschool zoals door de heer Mr. Dr. van Bruggen is opgemerkt, is voor het bepalen van de bij- drage inderdaad een grote moeilijkheid. De rijkssubsidie is voor de middelbare scholen niet overdadig. Burge- meester en wethouders erkennen dan ook, dat als er in Heemstede een gemeentelijke middelbare school zou zijn, zij daaraan zeker hogere bedragen zouden toeken- nen dan het Rijk thans aan de middelbare scholen geeft, om daardoor het Heemsteedse peil van onderwijszorg ook voor die school te bereiken. Daarom willen burge- meester en wethouders gaarne aan deze bijdrage-rege- ling medewerken in de verwachting, dat daardoor het Heemsteedse peil ook op de bijzondere scholen voor middelbaar onderwijs bereikt kan worden. Het bepalen van het bedrag der vergoeding is een kwestie van aan- voelen en veronderstellen. Men moet te goeder trouw naar een gemiddelde zoeken. Burgemeester en wethou- ders menen daar wel in geslaagd te zijn. Naar aanleiding van het gesprokene door de heer Ir. Kooijmans wil spreker er nog eens op wijzen, dat het uitgangspunt in deze zaak moet zijn, dat men de te verlenen bijdrage niet moet zien als een subsidie aan de scholen, maar als een bijdrage voor de ouders, waar- °m in deze regeling dezelfde schoolgeldverplichtingen worden opgelegd als voor het openbaar onderwijs. De heer Ir. Kooijmans, die geen önbekende in het werk der schoolbesturen is, zal moeten toegeven, dat het zeker mogelijk zal zijn om een eventueel nodige hogere bij- drage dan nu door de gemeente wordt verleend, door middel van vrijwillige bijdragen in te zamelen. De thans voorgestelde bijdrage is aan de hand van de door de schoolbesturen overgelegde cijfers vastgesteld, waarbij dus zekerheid bestaat dat hier van een redelijke basis wordt uitgegaan. Zouden burgemeester en wethouders een hoger bedrag voorstellen dan f 20.dan zou blij-

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1950 | | pagina 12