299 28 September 1950. De heer Reijnüers wijst er op, dat zijn opmerking niet persoonlijk tegen de heer Mr. van Wijk was ge- richt. Bijna zou hij hier een ander spreekwoord van toepassing achten, n.l. „Wie de schoen past, trekt hem aan". De heer Ir. Kooijmans zegt, dat hij in de beschou- wingen van de wetnouder een zeker dualisme opmerkt. Het is zijn bedoeling om de ouders te ontlasten van een extra toelage op het schoolgeld, terwijl de toelich- ting op het voorstel van burgemeester en wethouders zegt, dat de scholen door deze bijdrage nu enigszins worden tegemoet gekomen. De voorgestelde bijdrage voldoet niet aan de behoeften van de school en dus kunnen de ouders niet volledig van de toeslag worden ontlast. Ook de heer Verhoeven heeft zo straks gezegd, dat dit het geval is. Z.i. dient men dan ook het voor- gestelde bedrag van f 20.te verhogen of de eis te laten vervallen, dat geen verplichte bijdrage van de ouders mag worden gevraagd. Naar sprekers mening dient men, indien de subsidie van de gemeente onvol- doende is, de school vrij te laten, zodat het haar mo- gelijk is, langs andere middelen de nog benodigde gel- den te verkrijgen. De heer Verhoeven is het er mee eens, dat het bedrag van f 20.slechts een fictie is. Om aan deze fictie vorm te kunnen geven is echter een schatting nodig geweest. Nu is het maar de vraag in welke richting deze vormgeving aan de hand van de ingezonden be- grotingen door de schoolbesturen, is gegaan. Spreker vraagt of burgemeester en wethouders er bezwaar tegen hebben om aan de schoolbesturen aanwijzing te geven h°e zij aan het bedrag van f 20.gekomen zijn. Spre- ker is na de toezeggingen van de wethouder niet bang voor de bepaling dat voortaan geen bijdrage van de ouders mag worden gevraagd. Hij meent dat de school- besturen toch wel meer zullen vragen. Er zijn nu een- maal subsidiabele uitgaven en ook niet-subsidiabele uitgaven. Stelt men bepaalde eisen aan een school, die buiten het leerplan vallen, dan kan men stellig niet ver- wachten, dat de overheid daarin subsidieert. Spreker is het volkomen eens met de wethouder, dat burgemeester en wethouders niet betrokken moeten worden in het

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1950 | | pagina 14