30 November 1950.
369
Het derde voorstel, dat van Mevr. van Nispen, wib
de niet-leden geheel buiten schot houden. Dit acht
spreker een gevaarlijk voorstel, waarom hij dit niet
verder zal bespreken.
Als spreker dan ook een keuze moet maken tussen
de redacties van burgemeester en wethouders en Mr.
Dr. van Bruggen, dan moet spreker erkennen, dat het
hem onverschillig laat welke uiteindelijk gekozen wordt.
Spreker zou er voor zijn om alles bij het oude te laten
om verwarring te voorkomen, maar toch kan hij er
ook voor voelen om, nu de heer Mr. Dr. van Bruggen
gaarne zijn redactie ziet aangenomen, daar voor te
stemmen.
De heer Mr. Zeelenberg zegt, dat de kosten van het
bijzonder M.O. en V.H.O. hoger zijn, omdat daar meer
en andere dingen worden gedaan dan bij het openbare
onderwijs. Als er speciale vakken worden onderwezen,
moet daar ook apart voor betaald worden. Als het
amendement van Mevr. van Nispen afgewezen wordt,
blijft de keuze tussen het amendement van de heer
Mr. Dr. van Bruggen en het oorspronkelijke voorstel
van burgemeester en wethouders. Dan acht spreker het
amendement van de heer Mr. Dr. van Bruggen beter
dan de oorspronkelijke redactie.
De heer Ir. Kooijmans merkt op, dat niet alle uit-
gaven van de bijzondere lycea voor de rijkssubsidie in
aanmerking komen. Deze scholen kan men dus niet
vergelijken met de gemeentelijke scholen. Als de uit-
gaven der schoolverenigingen moeten worden bestreden
uit extra bijdragen van de ouders, dan moet men ook
toestaan, dat deze bijdragen goed verdeeld worden.
De zaak van de bereidheid van de ouders om eventueel
een vrijwillige bijdrage te verlenen, is hier niet op zijn
plaats. Daarover heeft de raad te oordelen. De vraag
is hier wat is billijk. Billijk is, dat de ouders hun kin-
deren kunnen sturen naar die onderwijsinrichting, die
zij begeren zonder meerdere kosten.
Het voorstel van burgemeester en wethouders en
ook dat van mevrouw van Nispen is voor geen enkele
school aanvaardbaar. Ook het R.K. lyceum voor jon-
gens heeft te kennen gegeven, dat het aan de regeling
door burgemeester en wethouders voorgesteld niets
