30 November 1950.
371
Vôôr het voorstel stemden Mevr. van Nispen en de
heren van Houten, Brink, Mr. Zeelenberg en Mr. Bak-
huizen van den Brink.
Vervolgens brengt de Voorzitter in stemming het
amendement van de heer Mr. Dr. van Bruggen, het-
geen wordt aangenomen met 136 stemmen.
Tegen het voorstel stemden Mevr. van Nispen en
de heren Reijnders, Verspoor, Mr. Bakhuizen van den
Brink, Disselkoen en van Lent.
Het ontwerp-besluit opgenomen in de gedrukte stuk-
ken onder volgno.
79. Bijdragen aan bijzondere scholen voor
M. O. en V.H.O.
wordt vervolgens, aangevuld met het amendement van
de heer Mr. Dr. van Bruggen, vastgesteld.
XV. GEMEENSCHAPPELIJKE REGELING
VOLKSCREDIETBANK.
Het voorstel met ontwerp-besluit is opgenomen in de
gedrukte stukken onder volgno.
108. Gemeenschappelijke regeling Volkscredietbank.
De heer Mr. Pliester vraagt zich af, of het handhaven
van een volkscredietbank nu wel nodig is. Deze rege-
ling zal echter binnenkort nog weer aan de orde wor-
den gesteld. Spreker zal zich t.z.t. tegen deze regeling
verklaren. Gezien dat er duizenden vorderingen van
de bank lopen, is het nu moeilijk om aan de werkzaam-
heid van de bank een einde te maken.
De heer Reijnders zegt, dat als het waar is wat de
heer Mr. Pliester poneert, hij hem in overweging geeft,
dat hij zich eens op dit terrein op de hoogte stelt door
kennis te nemen van de werkwijze van particuliere
lommerds.
De heer Kamerbeek vraagt naar de noodzakelijk-
heid van de bepaling, dat de secretaris zijn woonplaats
in Haarlem moet hebben.
De in artikel 13 neergelegde maatstaf tot verdeling
van verlies of winst tussen de deelnemende gemeenten.