373
30 November 1950.
ning is, die krachtens artikel 11 van het besluit bezet-
tingsmaatregelen in deze raad in behandeling zal
komen. Spreker heeft waardering voor het vele werk,
dat op grond van dit besluit is verzet, waarvan men een
indruk krijgt als men de lijst ziet waarop alle verorde-
ningen die bekeken zijn, voorkomen. Spreker is dank-
baar voor de inzage van dat overzicht, omdat dit hem
gelegenheid gaf alle verordeningen nog eens afzonder-
lijk na te gaan.
Spreker had dan toch liever twee verordeningen, die
burgemeester en wethouders laten vervallen, gehand-
haafd gezien. Eén daarvan zal hij bij de begrotings-
behandeling ter sprake brengen. De andere betreft de
17e wijziging van de algemene politieverordening, die
bepaalde, dat het verboden is des nachts voertuigen te
laten staan op de openbare weg, met uitzondering van
auto's, mits verlicht.
De Voorzitter merkt op, dat er een algehele herzie-
ning van de politieverordening in bewerking is, zodat
de heer Mr. Pliester beter doet alsdan op dit onder-
werp terug te komen.
De heer Ir. Kooijmans heeft de sanctie op artikel 54b
gemist. Spreker vraagt wie moet betalen als een hond
schade aanricht.
De Voorzitter antwoordt, dat een sanctie op dit
artikel niet nodig is, omdat deze in het Burgerlijk Wet-
boek is opgenomen.
De heer Kamerbeek vraagt of het nodig is, dat de
opgevangen honden binnen 3 X 24 uur worden af-
gemaakt.
De Voorzitter acht, als men iets voor zijn hond
voelt, de gestelde termijn voldoende lang om zijn hond
terug te halen. Daarbij is ook rekening gehouden met
de mogelijkheid, dat de eigenaar weigert de kosten van
onderhoud van de hond te betalen.
De heer Verspoor hoopt, dat deze regeling resultaat
oplevert. Ondanks dat de honden vroeger aan een riem
moesten lopen, is het meermalen voorgekomen, dat hij
honden uit het plantsoen van de Valkenburgerlaan
moest jagen.
