385
28 December 1950
worden afgemaakt. Spreker zou hierover gaarne eens
een onderhoud hebben met de burgemeester, hopende
dat alsdan een weg gevonden kan worden om het leven
der dieren zo lang mogelijk te sparen.
De Voorzitter antwoordt, dat het niet aangaat om de
honden lang te bewaren, omdat dit dan aan de gemeen-
te geld kost. Hij acht 3 dagen lang genoeg, omdat de
eigenaar anders blijk geeft van gemis aan liefde voor
zijn hond en dan ook geen hond waard is. In de praktijk
wordt bijna nooit een hond afgemaakt.
De heer van Houten weet als raadslid wel, dat er
een termijn moet worden gesteld. Als de beesten echter
in het asyl van de dierenbescherming zouden worden
ondergebracht, zouden ze zo lang mogelijk in leven
kunnen worden gehouden. Of ze naar de eigenaars
teruggaan is een andere zaak.
De Voorzitter zegt, dat de gemeente door het asyl
waar de honden gebracht worden, zeer goed bediend
wordt. Spreker is van mening, dat het asyl van de
dierenbescherming niet die service kan verlenen die het
andere asyl geeft. Zo moeten de honden twee uur na
hun vangst zijn afgehaald. Mocht de vereniging voor
dierenbescherming eenzelfde service garanderen, dan
zal spreker deze zaak in het college van burgemeester
en wethouders bespreken.
De heer van Houten meent, dat geen-enkel asyl een
service kan verlenen als dat van de dierenbescherming.
Het transport geschiedt la minute.
Dit is de Voorzitter van bevoegde zijde tegengespro-
ken. Hij zal dit alsnog onderzoeken.
De heer van Houten hoopt een en ander met de bur-
gemeester te komen bespreken.
De Voorzitter herinnert er aan, dat dit de laatste
vergadering van het jaar is. Wie zoals hij, onder steeds
prettiger bestuursverhoudingen zijn ambt mag vervul-
len, daarbij geschraagd door het ambtenarencorps op
een wijze boven alle lof verheven, zal zeker niet kun-
nen nalaten om deze dag als een welkome gelegenheid
aan te grijpen om zijn dank te betuigen aan allen, die