1 Maart 1951.
47
zeer wel mogelijk is. Men bouwt daar woonhuizen van
8 10 verdiepingen. Hiervoor zijn liften nodig en brede
straten met groenbeplanting. Anderzijds wordt echter
een aanzienlijke besparing verkregen op kosten van
straataanleg, sanitair, gas, water en licht. Bij uitbreiding
van het aantal straten stijgen deze kosten in evenredig-
heid. Spreker wil eindigen met een woord van waar-
dering voor de geleide-nota bij de begrotingen en voor
de opzet der begroting lof toezwaaien aan burgemeester
en wethouders en de chef der afdeling financiën.
De heer Mr. Dr. van Bruggen zegt namens de pro-
testants-christelijke raadsfractie dat, wanneer hij enige
ogenblikken de aandacht vraagt voor enige algemene
beschouwingen in verband met de begroting der ge-
meente voor 1951, hij hetzelfde gevoel heeft als dat
wat iemand bezielt op de laatste dag van het jaar, wan-
neer hij bij zijn overpeinzingen ên terugziet op wat
achter hem ligt ên zich rekenschap geeft van het heden
ên zijn blik werpt in de toekomst. Want in zekere zin
is een begroting een caesuur in de tijd. Terugziende op
1950 kan spreker constateren, dat in dat jaar de Voor-
zitter als eerste burger in de gemeente kon worden
ontvangen. Naar oud-Hollandse zede was men eerst
ten volle burgemeester ener gemeente na jaar en dag.
Dit tijdperk ligt nu achter hem. Niet alleen voor de
raad, als zijn nadere medewerkers, is hij van een on-
bekende een bekende geworden, maar ook voor de bur-
gerij geldt, dat men over hem sprekend, inplaats van
over ,,de" over „onze" burgemeester spreekt. Dat hij als
,,onze burgemeester hier leiding geeft, beschouwt
spreker als een voorrecht en een winst voor Heemstede,
welke 1950 bracht. In 1950 werden met algemene
stemmen enige belangrijke en noodzakelijke besluiten
genomen, waarvan echter eerst in de toekomst de finan-
ciële consequenties door middel van rente en aflossing
in de begrotingen zullen verschijnen en waarvan het
gevolg zal zijn, dat deze in de naaste toekomst zwaar-
der zullen worden belast. In dit verband valt te denken
aan de uitbreiding van het gezondheidshuis, aan de
rioolwaterzuiveringsinstallatie en aan de woningbouw.
Allemaal nuttige, nodige en door alle leden aanvaarde
zaken, voor welke echter de waarheid geldt, dat
men onder in de zak de rekening vindt. Tot een be-