1 Maart 1951.
55
dat iemand daar nadeel van ondervindt. Op de culturele
uitgaven, zoals voor voliêres en kinderboerderijen, mag
echter niet bezuinigd worden. Deze komen aan de gehele
gemeente ten goede. De tegenstanders van deze uitgaven
blazen, volgens spreker's mening, een kikker op tot een
olifant. Deze leden vergeten daarbij, dat in deze be-
groting een cadeautje geraamd is voor 140 Heemstede-
naren. Spreker doelt hier op de raming van 1000.
voor de sportuitwisseling met Engeland. Hij merkt op,
dat de raad al twee jaar geleden er op heeft aangedron-
gen, dat het toen de laatste maal zou zijn, dat voor dit
doel uitgaven door de gemeente zouden worden ge-
daan. Spreker heeft er geen bezwaar tegen, dat deze
uitgaven voor sportmensen gedaan worden, maar wel
voor zover zij hen, die deze mensen als coach begelei-
den, betreffen. Spreker vraagt zich ook af of het niet
mogelijk is een uitwisseling met andere landen tot stand
te brengen. De betrokken plaats in Engeland heeft nu
medegedeeld, dat zij het Heemsteedse gezelschap niet
kan ontvangen. Uit bezuinigingsoverwegingen stelt
spreker daarom voor deze post te schrappen. Hij wenst
overigens het college van burgemeester en wethouders
alle lof toe te zwaaien voor deze sluitende begroting,
in welke hulde hij de ambtenaren laat delen. De Voor-
zitter heeft bij zijn oudejaarsrede in de raad de wens
geuit, dat er spoedig een verenigingsgebouw in Heem-
stede zou verrijzen. Spreker meent, dat dit bitter nodig
is en vraagt hoe het hier nu mee staat. Spreker vraagt
voorts aandacht voor de salariëring van de wethou-
ders. Deze harde werkers hebben recht op een hogere
vergoeding. Hun rechtspositie is ook veel ongunstiger
dan van andere functionarissen. Met name hun sociale
verzorging laat nog te wensen over. Zijn zij bijv. op
dienstreis, dan zijn zij niet verzekerd tegen ongevallen.
Ten opzichte van hun gezin zou dus nog meer kunnen
worden gedaan. Spreker heeft zich met betrekking tot
de salariëring van de wethouders gewend tot de pro-
vinciale griffie, doch daarbij bleek hem, dat de wedden
der Heemsteedse wethouders al hoger waren dan de
hiervoor door het rijk vastgestelde normen. Er zou ech-
ter wel kans op bestaan, dat een verhoging met 10
door Gedeputeerde Staten zou worden aanvaard. Spre-
ker doet daarom, mede namens de heren Verhoeven,