Na heropening van de vergadering zegt de heer Mr.
Bakhuizen van den Brink, wethouder, dat het voor bur-
gemeester en wethouders steeds een genoegen pleegt te
zijn de opmerkingen van de raad te beluisteren en te
beantwoorden. Spreker constateert, dat ook ditmaal de
wijze waarop de raad de begroting en burgemeester en
wethouders heeft beoordeeld, tot dankbaarheid en
deferentie voor de raad stemt. Waardering voor het
v/erk van burgemeester en wethouders is ook nu
niet achterwege gebleven.
Door de heer Mr. Dr. van Bruggen is instemming
betuigd met het feit, dat deze burgemeester in Heem-
stede is benoemd en zich als ,,onze burgemeesterheeft
ontwikkeld. Ook spreker wil mede namens zijn col-
lega s gaarne getuigen van de grote waardering, die in
het college van burgemeester en wethouders voor de
burgemeester bestaat. De wethouders kennen uiteraard
de burgemeester nog beter dan de raad. Spreker kan
dan ook verklaren, dat gebleken is, dat de burgemees-
ter in Heemstede ,,the right man on the right place" is.
1 Maart 1951.
Een goed regeerder is dan pas van formaat, wanneer
hij of zij in staat blijkt grote verantwoordelijkheid te
willen dragen en verantwoordelijkheid te durven op-
leggen aan anderen.
Van de gemeentenaren komende naar de gemeente
zelf, ziet spreekster de Heemsteedse gemeente en zij
wil dit hier met nadruk eens uitspreken als een his-
torisch gegroeide gemeenschap, die door haar karak-
teristieke eigenschappen de voorwaarde kan scheppen
tot een ware gemeenschap. Er is niets zo belangrijk voor
een staat als om historisch gegroeide gemeenschappen
te eerbiedigen en ieder naar eigen aard te gebruiken
voor de opbouw van een gezond en sterk volksbestaan.
In de grotere gemeenschappen immers dreigt de burger
af te zakken naar de massamens, met alle gevaren van
dien. Vandaar dat wij herhaaldelijk zien, dat deze grote
gemeenschappen in eigen kring gaan zoeken naar het
historisch gegroeide. Zo ontstaan dan wijk- of buurt-
gemeenschappen. Ons volk moet weerbaar gemaakt
worden, helaas militair weerbaar. Doch even belang-
rijk, zo niet belangrijker is het een volk (en voor ons wil
dit zeggen onze gemeentenaren) geestelijk weerbaar te
maken.