96
1 Maart 1951.
tenaren te verlenen ontslag, deelt spreker mede, dat hij
voor één geval contact heeft opgenomen met een col-
lega in de omgeving, om deze man een nevenpositie te
bezorgen. Overigens hebben de moeilijkheden van deze
mensen sprekers aandacht. Naar aanleiding van de
vraag van de heer Verspoor, deelt spreker mede, dat
voorlopig machtiging is verleend om de twee thans in
dienst zijnde inspecteurs te handhaven.
Bij de behandeling van
merkt de heer van der Linden op, dat hij het vorige
jaar op de noodzakelijkheid heeft gewezen om een
onderzoek in te stellen naar de mogelijkheid van het
aanbrengen van een badgelegenheid in arbeiderswo-
ningen. De wethouder heeft toen toegezegd, dat een
onderzoek zou worden ingesteld. Spreker is benieuwd
naar de resultaten daarvan.
Volgno, 288. Jaarwedden van en hulpmiddelen voor
schoolartsen,
De heer Mr. Pliester heeft gelezen, dat nu een bij-
drage van f 2600.wordt ontvangen in de kosten van
de schooltandartsendienst. Hij heeft ook geconstateerd,
dat een secretaris-penningmeester is benoemd, die een
vergoeding van f 500.per jaar ontvangt. Spreker
vraagt of deze werkzaamheden zo omvangrijk zijn, dat
een vergoeding tot dit bedrag gerechtvaardigd is.
De heer Disselkoen, wethouder, antwoordt de heer
van dcr Lindej/, dat het door hem bedoelde onderzoek
vertraagd is. Dit onderzoek zal voor de verenigings-
woningen binnenkort ingesteld worden. De resultaten
van het onderzoek, ook voor wat de gemeentewoningen
betreft, zullen ter kennis van de raad worden gebracht.
De heer van der Linden zou nog de suggestie willen
doen een niet-ambtelijke commissie van onderzoek in te
stellen. Overigens laat hij de samenstelling van deze
commissie gaarne aan burgemeester en wethouders
over.
De heer Disselkoen, wethouder, zegt toe deze sug-
gestie onder het oog te zullen zien.
Hoofdstuk IV. Volksgezondheid