28 Juni 1951.
195
VI. AANVAARDING SCHENKING.
Het voorstel met ontwerp-besluit is opgenomen in de gedrukte stukken
onder volgno.
48. Aanvaarding schenking.
De heer Reijnders heeft bezwaren tegen stenen beelden in tuinen, omdat
hij daar liever bloemen en planten ziet. Overigens is spreker niet tegen
aanvaarding van het beeld.
De heer Mr. Pliester vindt het beeld niet onaardig. Aangezien het enigs-
zins beschadigd is, vraagt spreker of het in de bedoeling ligt het beeld
te restaureren en wat daarvan de kosten zijn.
De heer Mr. van Wijk is nieuwsgierig wat het beeld voorstelt en wie
de vervaardiger is.
De Voorzitter antwoordt, dat bij de stukken een beschrijving van het
beeld heeft gelegen. Het beeld stelt waarschijnlijk voor: Aphrodite met
de kleine Cupido uit het schuim herrezen. Volgens de catalogus van het
Beeldhouwwerk van het Departement van Griekse en Romeinse antiqui-
teiten in het Brits Museum is Aphrodite een type als van de Mediceense
Venus. De godin staat gewoonlijk op haar iinker been, met de rechter knie
lieht gebogen. Met de linkerhand bedekt zij haar middel, terwijl de vingers
van de rechterhand de linkerborst lichtelijk raken. Het haar is gebonden
in een grote knot. op de top van haar hoofd en is ook teruggebracht tot
een bos op haar rug. Een losse tres valt op iedere schouder. Bij haar
linkerzijde is een dolfijn, bereden door Eros. De dolfijn heeft een gevangen
vis in zijn mond. De vervaardiger van het beeld is onbekend. Burgemeester
en wethouders zijn met het aanbod zeer verblijd. Zij vinden het eén
prachtig beeld, welke mening door de schoonheidscommissie wordt
gedeeld.
Naar aanleiding van de vragen van de heer Mr. Pliester zegt spreker,
dat burgemeester en wethouders in principe besloten hebben het beeld
niet te restaureren. Bij een oud beeld misstaat een kleine beschadiging
niet. Over schoonmaken van het beeld zijn de meningen in het college
verdeeld. De meerderheid voelt er niet voor. Ook de plaats, waar het beeld
in de tuin komt te staan, is nog niet bepaald.
De heer Mr. Zeelenberg vraagt hoe oud het beeld wordt geschat.
De Voorzitter antwoordt, dat het 16e eeuws is.
Het ontwerp-besluit wordt vervolgens zonder hoofdelijke stemming
vastgesteld.
VII. VOORSTEL VERKOOP BOUWTERREIN BERLIOZLAAN.
Het voorstel met ontwerp-besluit is opgenomen in de gedrukte stukken
onder volgno.
49. Verkoop bouwterrein Berliozlaan.
De heer Van der Linden zegt, dat op het te verkopen terrein wel niet
gebouwd is, maar dat men toch weer op het terrein bezig is geweest met
uitzetten. Spreker meent dat dit niet moet gebeuren voordat het terrein
definitief van de nieuwe eigenaar is. Spreker blijft tegen deze handelwijze
bezwaar hebben.
De heer Verhoeven wil nog eens terugkomen op de mogelijkheid om de
grondprijzen anders te regelen, zoals in de vorige vergadering reeds is
besproken. Hem is tegengeworpen, dat de prijzencommissie daarmede niet
accoord zal gaan. Spreker is van mening, dat, indien de gronden worden
geclassificeerd in drassige en zandgronden en de prijzen van gronden