248 27 September 1951.
d idem bij besluit van 12 September 1951, no. 65, van het raadsbesluit
van 30 Augustus 1951, no. 55 „Crediet in rekening-courant"
e besluit van gedeputeerde staten, dd. 29 Augustus 1951, Afd. 2B
no. 156, tot het onthouden van goedkeuring aan het raadsbesluit van
Juni 1951 no. 51, ,,Maximum snelheid in Groenendaal";
f brie'f van de heer G. H. G. Borst, dd. 16 September 1951, houdende
mededeling, dat zijn vrouw Mevr. S. C. Borst-Borst, gemeente-vroedvrouw,
od 12 September 1951 is overleden;
g. verslag van kasopneming en contrôle van de gemeente-ontvanger,
dd. 30 Augustus 1951
h. idem administratie legeszegels, dd. 25 Augustus 1951, „n
i idem administratie reservefonds voor bijzondere doeleinden, dd. 30
Augustus^J.951^ Hoofdinspecteur van Politie, dd. 16 Augustus 1951;
k idem van de rekenplichtige sociale zaken, dd. 17 Augustus 19ol;
1. idem van de boekhouder van openbare werken en remiging, dd. 17
^De6 sdukken genoemd onder a tot en met 1 worden, overeenkomstig het
voorstel van burgemeester en wethouders, voor kennisgeving aangenomen.
III VOORLOPIGE VASTSTELLING BEDRAG UITGAVEN OVER
1950 VOOR OPENBAAR LAGER ONDERWIJS.
Het ontwerp-besluit is opgenomen in de gedrukte stukken onder volgno.
63. Voorlopige vaststelling bedrag uitgaven over 1950 voor
openbaar lager onderwijs.
De Voorzitter deelt mede, dat de commissie voor het onderwijs zich
hiermede kan verenigen.
Het ontwerp-besluit wordt zonder hoofdelijke stemmmg vastgesteld.
IV BIJDRAGE IN KOSTEN EXAMINERING VAN
KLEUTERLEIDSTERS.
Het voorstel met ontwerp-besluit is opgenomen in de gedrukte stukken
onder volgno.
64. Bijdrage in kosten examinering van kleuterleidsters.
De heer Mr. Dr. van Bruggen juicht dit voorstel ten zeerste toe. In de
eerste plaats omdat, waar kleuteronderwijs langzamerhand meer relief
begint te krijgen in ons land, nu ook gepoogd wordt om langs bepaalde
objectieve weg vast te stellen, of degenen die aan dat kleuteronderwtjs
zullen leiding geven, inderdaad voldoen aan redelijk în te stellen eisen.
Het hangt dus helemaal van het examen af of het een behoorlijk exameD
zal zijn. Spreker wil aan deskundigen overlaten of dat op een behoorlijke
m In de tweede plaats juicht spreker het toe, omdat hier weer een vo™
van samenwerking tot uiting komt, die toch eigenlijk de beste methode
is, een bepaalde tendenz om grotere eenheden van gemeentelijke orgam-
satie te forceren, tegen te gaan.
Toch komen bij spreker nog enige vragen op. Dit examen gaat nu m een
bepaalde richting groeien. Het is blijkbaar bestemd voor degenen, die onder-
wiis zullen geven aan openbare en bijzondere neutrale înrichtingen. Ten p-
zichte van het katholieke en protestants christelijke onderwijs is dan ook
te verwachten dat eenzelfde groei zal ontstaan. Hier îs dus eveneens
coördinatie nodig. Spreker vraagt zich af of hier m de overgangsphase
klaarblijkelijk niet een taak voor de gemeente ligt. Er zal geen stervelin
ziin die er aan zal denken om bij het onderwijzersexamen voor hoofdakte
de gemeente financieel te gaan inschakelen. En toch kan men practisch