254
27 September 1951.
De heer Reijnders is een voorstander van deze lessen. Spreker beeft
verschillende malen gelezen, dat er in diensttijd van de gemeente een groot
gedeelte van het politiepersoneel afwezig is geweest voor een voetbal-
match. Hij maakt zich ongerust dat de veiligheid van de gemeente in ge-
vaar zal komen als deze mensen in clubverband gaan voetballen of de
wandelsport gaan beoefenen. Spreker bepleit voorts de wenselijkheid om
het politiepersoneel een cursus voor reddend zwemmen te doen meemaken.
De Voorzitter antwoordt, dat het zeer zeker in de bedoeling ligt om de
politie volkomen dienstbaar te maken, ook wat het helpen betreft, getuige
dit voorstel. Er is een voorschrift in de maak dat reddend zwemmen zo-
veel mogelijk moet worden beoefend. Wat het voetballen betreft wijst
spreker er op, dat men niet alléén kan voetballen en wanneer het een
normale competitie van verschillende politle-elftallen betreft, het vanzelf
spreekt, dat Heemstede hieraan ook mee mag en kan doen.
Dit voorstel beoogt eigenlijk iets meer, waarom het ook in de raad is ge-
bracht. Het moet niet worden opgevat als een extra subsidie aan de sport,
die door de politie ten eigen genoegen wordt beoefend. Integendeel. De be-
oefening van Judo en Jiu-Jitsu is een sport, die spreker allernoodzakeiijkst
acht om een goed politie-ambtenaar te zijn. Hij heeft zelf demonstraties
daarvan bijgewoond en spreker hoopt in de toekomst ook de raad eens te
mogen uitnodigen om een demonstratie bij te wonen. Spreker is ten zeerste
getroffen door de wijze waarop een politie-ambtenaar, die dit Judo mach-
tig is, zich kan verweren. Bovendien wordt de politieman door de weten-
schap dat hij niet bang meer behoeft te zijn voor onverwachte aanvallen
enz. moreel gesterkt. Het lichaam en de geest worden gehard en boven-
dien zal dit een groot zelfvertrouwen geven aan de politie-amtenaren, die
in moeilijke gevallen moeten optreden. Wanneer men op het ogenblik
iemand moet arresteren en deze biedt tegenstand, dan zal het heel moeilijk
zijn voor één politie-agent om de arrestant naar het bureau te brengen.
Hij zal daarvoor vast assistentie nodig hebben. Door bepaalde grepen van
het Judo gaat men echter als een lammetje mee. Men doet niets meer.
Dat is het grote voordeel en dat is maar één van de vele voordelen, die
spreker zou kunnen noemen.
De politie-ambtenaren zullen zich voor de beoefening van deze sporten
opofferingen moeten getroosten. Spreker is zeer verheugd te kunnen mede-
delen, dat 15 leden van het politiepersoneel zich hebben opgegeven om
wekelijks deze cursus bij te wonen. Na een cursus van 3 jaar kan men de
hoogste graad bereiken, hetgeen spreker allerwenselijkst acht.
Mevrouw van Nispen weet weinig van deze sport, maar zij neemt aan,
dat zij geestelijke weerstand geeft en moreel zelfvertrouwen. Achter dit
alles zit, dunkt haar, nog iets belangrijkers. Deze mensen gaan voort-
durend om met mensen, waarom spreekster bij al deze cursussen van
reddend zwemmen, Jiu Jitsu en hoe het verder mag heten, ook nog wel
eens een cursus zou willen hebben over het omgaan met mensen, in een-
voudige psychologie. Het is inderdaad niet aan elke agent gegeven om
op de juiste manier zijn stoute medeburgers tot de orde te roepen. En een
goed woord kan op zo'n ogenblik ontzaggelijk veel goed doen en een
kwaad woord ontzettend veel kwaad. Bij al die cursussen is het misehien
ook nog wel mogelijk om het corps in deze winter op deze manier geheel
te scholen, zowel lichamelijk als geestelijk.
De Voorzitter meent, dat het punt dat Mevr. van Nispen aanraakt, heel
moeilijk op een cursus kan worden bijgebracht. Spreker kan hierbij nog
mededelen, dat wel eens klachten binnenkomen over het optreden van een
politie-ambtenaar, omdat hij niet volkomen de regels van wellevendheid
in acht heeft genomen, maar dat daar tegenover vele brieven staan waarin
hem als hoofd van de politie wordt verklaard, dat men uiterst tevreden
is over de wijze waarop de politie speciaal in het publiek optreedt.
