6 December 1951.
279
voorstel betreft echter het aanbrengen van enige kleine veranderingen
aan de bestaande verwarming, waarbij het systeem geen verandering
ondergaat. Bij nieuwbouw zou het een andere kwestie zijn. Voor de bij-
zondere scholen bestaat altijd een prikkel om zuinig te stoken, omdat de
kosten voor kolen een exploitatieuitgave zijn, welke uitgaven tot geen
hoger bedrag worden vergoed dan die van openbare scholen bedragen.
Mevrouw van Nispen zegt, dat men zich verbeelden kan zuinig te sto-
ken, terwijl men dat inderdaad niet doet. Spreekster wil daarom blijven
aandringen op het verstrekken van richtlijnen inzake zuinig stoken.
De Voorzitter antwoordt, dat in de bedoelde brief van burgemeester en
wethouders wel enige richtlijnen over de wijze van stoken vervat waren.
Richtlijnen zijn echter niet in alle opzichten algemeen juist te stellen.
Het ontwerp-besluit wordt vervolgens zonder hoofdelijke stemming
vastgesteld.
VI. 4e WIJZIGING VERORDENING BEHEER
GEMEENTEBEDRIJ VEN
Het voorstel met ontwerp-besluit is opgenomen in de gedrukte stukken
onder volgno.
80. 4e Wijziging verordening beheer gemeentebedrijven.
De Voorzitter deelt mede, dat de financiële commissie zich hiermede kan
verenigen.
Het ontwerp-besluit wordt zonder hoofdelijke stemming vastgesteld.
VII. VERLICHTING TORENUURWERK OP HET VALKEN-
BURGERPLEIN.
Het voorstel met ontwerp-besluit is opgenomen in de gedrukte stukken
onder volgno.
81. Verlichting torenuurwerk op Valkenburgerplein.
De heer Mr. Dr. van Bruggen heeft zich, waar de toren, klok en wijzer-
plaat eigendom van de kerk zijn en de gemeente dus alleen eigenares van
de verlichtingsinstallatie is, afgevraagd, waarom de verlichtingsinstallatie
niet in de verzekering van het gebouw was opgenomen. Spreker kan zich
indenken dat, wanneer deze verlichting een faciliteit is aan het kerk-
bestuur waarvan echter ook de burgerij profiteert, met het kerkbestuur
een regeling wordt getroffen dat deze installatie door verzekering gedekt
moet worden. Is dit door burgemeester en wethouders overwogen? Een
uitgave van f 1300.op eenmaal, noemt spreker niet gering.
De heer Reijnders gelooft, dat de verzekering van de lnstallatie door
de gemeente dient te gesehieden, omdat deze het eigendom van de ge-
meente is.
De heer Disselkoen, wethouder, antwoordt, dat de verlichtingsinstallatle
eigendom van de gemeente is en niet was verzekerd. De blikseminslag is
echter op het goede ogenblik gekomen, omdat ook zonder blikseminslag
de installatie het spoedig zou hebben begeven. De toren enz. zijn het
eigendom van de kerk. Het is echter billijk, dat de gemeente de verlichting
van het uurwerk bekostigt, omdat de gehele burgerij daarvan profiteert.
Indertijd is goedgevonden de verlichting voor rekening van de gemeente
te nemen, aangezien deze in het algemeen belang werd geacht. Dit voorstel
beoogt niet anders dan het laten voortbestaan van een bestaande toestand.
De heer Mr. Dr. van Bruggen geeft toe, dat de verlichting in het
algemeen belang is. Als de verlichtings-installatie aan het eigendom van
een ander is aangebracht, dan had deze installatie in de verzekering van