32
21 Februari 1952.
houding tussen het Rijk en de gemeenten uitgekeerd zal krijgen. Overigens
wil spreker het antwoord op deze suggestie gaarne aan de wethouder
voor Openbare Werken overlaten. Ook heeft Mr Dr van Bruggen nog
geopperd om de bouw van nieuwe woningen financieel mogelijk te maken
door op de reeds bestaande woningen hypotheek te nemen. Deze suggestie
zal door burgemeester en wethouders in studie worden genomen.
Ten slotte heeft genoemde spreker nog gevraagd om bij de begroting
een aparte lijst met toe te kennen subsidies over te leggen met ver-
gelijkende cijfers over de afgelopen twee jaren, waardoor de raad in deze
materie een beter overzicht kan krijgen. Het komt spreker voor, dat dit
een redelijk verlangen is en burgemeester en wethouders zullen in het
vervolg aan deze wens voldoen. Dit gebruik bestaat ook bij de provincie.
Bedacht moet hierbij echter worden, dat de provincie Noordholland onge-
veer een even groot bedrag aan subsidies uitkeert als alle andere provincies
bij elkaar, zodat de subsidiefactor daar wel bijzonder gewichtig is.
De heer Van Lent, wethouder, merkt op, dat de algemene beschou-
wingen bijna geheel in het tekeh hebben gestaan van de bestrijding van
de huidige staatsvijand No. 1: de woningnood. Spreker is van mening,
dat er ten aanzien van de woningbouw in het verleden gedaan is wat
mogelijk was. Spreker wil gaarne de heer Mr Dr van Bruggen nog
enkele cijfers verschaffen van hetgeen na Mei 1945 op het gebied van
de woningbouw tot stand gekomen is. Het totaal aantal woningen bedroeg
op 1 Januari 1952: 5460. Na Mei 1945 zijn er 150 woningen in de vrije
sector gebouwd, door particulieren met rijkssteun 53 en door de gemeente
met rijkssteun 126. In 156 gevallen werd bovendien door de gemeente
subsidie verleend voor splitsing van woningen. Het aan de gemeente toe-
gewezen bouwvolume is in het verleden steeds volledig benut. Ook heeft
zij nog wel eens wat uit een overschotpotje gekregen. Alleen in 1951 is
het bouwvolume niet benut. Dit had echter andere oorzaken. Er was voor
drie jaren een volume toegewezen voor de bouw van 189 woningen. Wel
zijn er toen van de 98 geprojecteerde woningen bij de Joh. Verhulstlaan
50 gebouwd, maar dit is geschied buiten het bouwvolume om en zonder
gebruik te maken van rijkssteun. Voorts was er vorig jaar een plan voor
de bouw van 34 8 woningen in de Provinciƫnbuurt. Daarna is echter
een circulaire van de regering ontvangen, volgens welke de bouw alleen
mocht worden uitgevoerd, indien de gemeente ''oor de financiering daar-
van over geld op lange termijn zou kunnen bteohikken. Hierdoor is dit
plan getorpedeerd. Inmiddels is het geld van de ourgerzinlening verkregen
en daardoor zal het mogelijk zijn, dat deze woningen nog dit jaar gereed
komen. Over het geheel genomen is er dan ook gedaan wat er gedaan
kon worden. Spreker prijst zich gelukkig, dat er in Heemstede geen
montagewoningen gebouwd zijn tot leniging van de woningnood. In de
jaren 1948 en 1949 konden de gemeenten voor de bouw van dit soort
woningen 50% meer bouwvolume ontvangen. Gelukkig is van deze moge-
lijkheid geen gebruik gemaakt, gezien de resultaten welke daarmede in
andere gemeenten zijn behaald. Sommige van deze woningen blijken
achteraf nl, grote gebreken te vertonen.
De heer Reijnders heeft gezegd, dat er in de dertiger jaren te weinig
woningen zijn gebouwd. Spreker was toen ook reeds lid van de raad en
is daar dus mede verantwoordelijk voor. Er waren toen zeer bijzondere
omstandigheden, welke deze bouw ongewenst maakten. De steunnormen
voor werklozen lagen toen in Heemstede belangrijk boven die der omlig-
gende gemeenten, hetgeen zijn oorzaak vond in het feit, dat Heemstede
een eigen steunregeling had en daarvoor geen rijkssubsidie ontving. Het
zou dus toen zeker niet gunstig geweest zijn voor de Heemsteedse arbei-
ders, indien er toen bijv. een 200 woningen gebouwd zouden zijn. Er is
in die tijd een commissie ad hoc ingesteld voor de bestudering van het