58
21 Februari 1952.
van de Nederlandse Jeugdgemeenschap 20% aan de landelijke vereniging
moet worden afgedragen.
De Voorzitter wijst er op, dat deze laatste een overkoepelende organi-
satie is en de bijdrage weer ten goede komt aan de Heemsteedse leden
van de bij haar aangesloten verenigingen.
De heer Disselkoen, wethouder, merkt op, dat de districtsraad der
Nederlandse Jeugdgemeenschap aanvankelijk een subsidie ontving van
1500.Deze subsidie werd en wordt verdeeld naar rato van het aantal
Heemsteedse leden. Naderhand zijn de padvinders uit de organisatie ge-
treden. Aangezien het ledental toen inmiddels al gestegen was, is de
subsidie van 1500,— niet verlaagd. De padvinders zijn inmiddels weer
tot de organisatie teruggekeerd en mitsdien zou de subsidie per lid een
verlaging hebben ondergaan, indien zij niet van 1500.op 2000.
gebracht was. Hierdoor is de gemiddelde bijdrage per lid ongeveer gelijk
of althans zeer weinig hoger geworden dan het oorspronkelijk gemiddelde
bij het subsidie van 1500.
De heer Mr Pliester vraagt nog naar de door hem gesignaleerde gevallen
van hogere subsidies dan de tekorten bedragen.
De Voorzitter merkt op, dat het Wit-Gele Kruis gesubsidieerd wordt
naar het aantal leden.
De heer Verhoeven merkt daarover nog op, dat deze vereniging enige
jaren geen subsidie aangevraagd heeft, omdat zij zichzelf kon bedruipen.
Thans heeft zij niet zonder reden deze subsidie aangevraagd. De vereniging
gooit het geld niet over de balk en verricht nuttig werk. Zou zij volgend
jaar minder geld nodig hebben, dan zal zij ook minder subsidie vragen.
Mevrouw Van Nispen merkt naar aanleiding van het door de heer
Mr Pliester gesprokene op, dat de landelijke organisatie de motor vormt
voor de plaatselijke. Beiden zijn niet te scheiden, zodat het geen bezwaar
hoeft te vormen, wanneer de plaatselijke afdelingen aan de landelijke
organisatie bepaalde bedragen afstaan.
De heer Ir Kooijmans vraagt of burgemeester en wethouders het verant-
woord vinden de subsidies aan de speeltuinverenigingen van 100.— op
200.te brengen. Wettigt hun activiteit deze verhoging? Op grond
van deze activiteit is aan de speeltuinvereniging „De Provinciën" een
renteloos voorschot verstrekt. Op de vraag of dit geen precedent voor
de andere verenigingen zou scheppen, is geantwoord, dat bij eigen activi-
teit de medewerking der gemeente verwacht kan worden. Bij deze subsidie-
verhoging gaat blijkbaar het initiatief van de gemeente uit.
De heer Disselkoen, wethouder, antwoordt, dat sommige verenigingen
een zorgenkindje zijn wegens hun gebrek aan activiteit. Los daarvan is
aanvankelijk het subsidie voor alle verenigingen op 100.bepaald. Dit
blijkt nu door de prijsstijgingen te laag te zijn en is daarom gebracht
op 200.Voorschotten zijn slechts voor actieve verenigingen bedoeld.
HOOFDSTUK V. VOLKSHUISVESTING.
De heer Van der i.inden is zeer gerustgesteld door hetgeen van burge-
meester en wethouders in de ochtendzitting is vernomen over de woning-
bouw, nadat over dit onderwerp niets gezegd was in de geleidenota bij
de begroting, dan wel bedragen waren geraamd voor dit doel in de
begroting zelf. Spreker hoopt, dat de gewekte verwachtingen niet zullen
worden teleurgesteld. Hij brengt dank aan burgemeester en wethouders
voor de instelling der commissie, welke de mogelijkheid onderzoekt voor
het aanbrengen van een badgelegenheid in arbeiderswoningen. Deze com-
missie werkt met enthousiasme en zal binnen afzienbare tijd rapport