S
24 April 1952.
104
daarop reeds thans te wijzen, opdat hier zulks voorkomen kan worden.
De Voorzitter antwoordt, dat deze vergelijkjng mank gaat. Daar betreft
het gemeenten die in de route liggen, maar door omlegging van het
verkeer worden uitgeschakeld, terwijl hier de mensen in de gemeente
komen. Wel is het verkeersprobleem erg moeilijk. Spreker zal dan ook
blij zijn als het lukt om het verkeer in goede banen te leiden. Wel zal het
nodig zijn voor bepaalde wegen éénrichting-verkeer in te stellen. Hierdoor
zullen de neringdoenden echter geen schade lijden, omdat men al in
Heemstede is. Uiteraard zal zoveel mogelijk met de belangen van de
neringdoenden rekening worden gehouden.
De heer Reijnders is van mening, dat veilig verkeer praevaleert.
Doorlichting bevolking.
De heer Zegwaart merkt op, dat in verschillende gemeenten de inwoners
zijn doorgelicht op t.b.c. tegen geen of een geringe vergoeding. Spreker
heeft zich afgevraagd of dit in Heemstede ook niet zou dienen te gesehie-
den. Hij vraagt of burgemeester en wethouders bereid zijn dit in over-
weging te nemen.
De heer Disselkoen, wethouder, antwoordt, dat burgemeester en wet-
houders deze kwestie reeds overwogen hebben. Deskundigen, nl. de
gemeente-arts en de schoolarts, menen, dat voor doorlichting van de
ingezetenen thans geen aanleiding bestaat. Het t.b.c.-cijfer is in deze
gemeente verheugend laag. In het verslag van de schoolarts is er ook de
aandacht op gevestigd, dat het aantal t.b.c.-gevallen hier verbluffend laag
is. Wel zijn enige positieve gevallen geconstateerd, maar na doorlichting
behoefde geen enkel kind een rustkuur te ondergaan. Eerst is hier het
gemeentepersoneel doorgelicht; daarna de familieleden daarvan en ook
jeugdleiders met hun huisgenoten, benevens het personeel van enkele
grote bedrijven. Ailes met zeer bevredigend resultaat. Aangezien het
onderzoek nu niet noodzakelijk is, is het dus ongewenst hiervoor kosten
te maken. Bovendien kan de medische apparatuur de vele aanvragen in
den lande niet verwerken. Het is dus beter vooralsnog geen onderzoek
te doen, omdat dit ten koste zou gaan van gemeenten, waar een onder-
zoek wel nodig is.
De heer Zegrwaart is verheugd, dat een onderzoek niet nodig is. Spreker
was gealarmeerd, doordat in zijn onmiddellijke omgeving zich na herhaalde
doorlichting enige gevallen van t.b.c. hebben voorgedaan. Spreker is het
eens met de wethouder, dat als het aantal t.b.c.-gevallen gunstig li^t, aan
andere gemeente voorrang moet worden gegeven.
De heer Disselkoen, wethouder, wil nog aan zijn betoog toevoegen, dat
doorlichting om de paar jaar moet geschieden. Men is hierbij met één
keer niet klaar en eigenlijk nooit klaar. Spreker is bereid deze zaak in
de commissie voor de volksgezondheid te bespreken.
Hierna sluit de Voorzitter de vergadering.
De secretarús,
De voorzitter,