122
26 Juni 1952.
De Voorzitter voegt daaraan toe, dat het gebruik van het verleden
jaar niet benutte bouwvolume nu is toegestaan.
De heer Ir Kooijmans meent, dat ter dekking van de onrendabele stich-
tingskosten van de gebouwde 50 woningen door de gemeente f 4500.
per woning voor haar rekening is genomen. Voor de nu te bouwen wonin-
gen wordt, ondanks de rijkssteun die zal worden verkregen, f 15.000.
per woning geleend. Hieruit trekt spreker de conclusie, dat deze woningen
nog duurder zullen worden dan de vorige.
De heer Mr Bakhuizen van den Brink, wethouder, antwoordt, dat de te
bouwen woningen f 20.000.per stuk zullen kosten.
De heer Zegwaart wijst er op, dat het voorstel tot het aangaan van de
geldlening even vöör de vergadering ter tafel is gedeponeerd. Spreker
acht het nodig om deze zaak nog eens goed te overdenken, waarvoor nu
de gelegenheid ontbreekt, waarom het hem gewenst voorkomt het voor-
stel aan te houden tot de volgende vergadering. Dan bestaat tevens ge-
legenheid na te slaan wat bij de bouw van de 50 woningen besloten is.
De heer Mr Bakhuizen van den Brink, wethouder, acht uitstel onge-
wenst. De plannen van de bouwspaarkas verkeren in een vrij ver gevorderd
stadium, zodat spoedig tot aanbesteding van de woningen zal kunnen
worden overgegaan. Door de beslissing over deze geldlening een maand
op te schorten zullen de zaken, zoals zij nu staan, niet veranderen. Indien
thans een beslissing wordt genomen, zullen 48 woningen een maand
eerder klaar zijn, waarmede het algemeen belang ten zeerste is gediend.
De Voorzitter wijst er op, dat het hier het aangaan van een geldlening
betreft. De raad weet hoe moeilijk het is om aan geld te komen, waarom
hij er op aandringt nu toe te happen.
De heer Keijnders verklaart zich tegen aanhouding van dit voorstel.
Hier is thans aan de orde het bespreken van een voorstel tot het aangaan
van een geldlening en niet de manier waarop 100 huizen worden gebouwd.
Het terugkomen op een genomen besluit acht spreker verkeerd, tenzij
dit tot een echec blijkt te leiden. Spreker wil de heer Zegwaart er op
wijzen, dat er nog altijd woningnood heerst. Ultstel van dit besluit be-
tekent, dat 48 gezinnen een maand langer van een goede woning verstoken
zullen blijven en als gevolg daarvan ook weer arbeidersgezinnen, die
zullen kunnen opschuiven. Het nu te nemen besluit is niet gebonden aan
het principe of een woning te duur is of niet.
De heer Verspoor zegt, dat de verklaring van de heer van Lent hem wel
enig licht in de zaak heeft verschaft. De 32 door de bouwspaarkas te
bouwen woningen zullen uitsluitend aan Heemsteedse bouwspaarders
worden uitgegeven. Het gaat dus alleen nog maar over de 16 woningen
die de gemeente gaat bouwen. Spreker kan zich nu wel met het voorstel
verenigen.
De heer Mr Bakhuizen van den Brink, wethouder, wijst er nogmaals
op, dat het technisch en economisch niet verantwoord is eerst 32 woningen
te bouwen en daarna de overige 16, zodat beide plannen beter tegelijk
kunnen worden ter hand genomen.
De heer Mr Dr van Bruggen is over het gevoerde debat verwonderd.
Aan de orde is nu het aangaan van een geldlening. Er zijn daarvoor
onderhandelingen gevoerd met het Pensioenfonds van de Koninklijke Shell.
Dit fonds moet zekerheid hebben dat het zijn geld beleggen kan, zodat
het een maand aanhouden van een beslissing over het voorstel niet moge-
lijk is. Het fonds toch heeft het geld gereserveerd, zodat vandaag beslist
moet worden.