93
30 October 1952.
Artikel 33.
Indien het door een gemeente verschuldigde bedrag niet vôör het (de)
in artikel 31 genoemde tijdstip(pen) of binnen de in het tweede lid van
artikel 32 genoemde termijn is ontvangen, wordt over het bedrag en het
tijdvak der te late betaling een rente, berekend naar 5 's jaars, in
rekening gebracht.
Artikel 34.
Kapitaalsuitgaven kunnen worden gefinancierd uit leningen door het
bestuur, onder goedkeuring van Gedeputeerde Staten, bij derden gesloten,
of uit kapitaalverstrekkingen door de aan de regeiing deelnemende ge-
meentén.
Het bestuur besluit niet tot het doen van kapitaalsuitgaven waarvoor
geldleningen moeten worden aangegaan of kapitaalverstrekkingen moeten
worden gedaan, dan na daartoe bekomen machtiging van de Raden der
deelnemende gemeenten.
De betaling van rente en aflossing van leningen door het bestuur bij
derden gesloten, worden door de Raden van de aan de regeling deelnemende
gemeenten naar rato van haar inwonertal op 31 December van het voor-
afgaande jaar gegarandeerd.
Kapitaalverstrekking door deze gemeenten aan het lichaam geschiedt
onder de voorwaarden, waaronder deze gemeenten gelden kunnen opnemen
op lange termijn.
Een door Gedeputeerde Staten goedgekeurd besluit tot het aangaan
van een geldlening wordt door het bestuur in afschrift aan de deel-
nemende gemeenten toegezonden.
Artikel 35.
Ter voorkoming van geldelijk nadeel, ontstaan doordat gelden of gelds-
waarden zijn verduisterd of op ander wijze verloren gegaan, sluit het
bestuur een verzekering bij een door hem te kiezen verzekeringsmaat-
schappij.
Inwerldng-treding van, toetreding tot en uittreding uit, wijziging en
opheffing van de gemeenschappelijke regeling.
Artikel 36.
Deze gemeenschappelijke regeling treedt in werking op de eerste dag
der maand, volgende op die, waarin de in het derde lid bedoelde bekend-
making is geschied. Zij wordt voorlopig aangegaan tot 1 Januari 1958.
Na afloop van de in het vorige lid bedoelde tijdsduur wordt de regeling
telkens stilzwijgend voor 5 jaren verlengd.
De door de wet voorgeschreven bekendmaking in de Nederlandse Staats-
courant geschiedt door Burgemeester en Wethouders van Haarlem.
De daaraan verbonden kosten worden ten laste van de exploitatie van
de school gebracht.
Artikel 37.
Gemeenten, liggende in de provincie Noordholland, kunnen tot deze
gemeensehappelijke regeling toetreden, mits met instemming van het
bestuur, waarvan zich tenminste 2/3 van het aantal leden voor die toe-
treding moet hebben verklaard.
Artikel 38.
De Raad van elk der aan deze regeling deelnemende gemeenten kan