13-13a
19 Februari*1953.
2e Afd.
5e WIJZIGING VEROKDENING PRIJZEN GAS, DUINWATER
EN ELECTRICITEIT.
WIJZIGING STROOMLEVERINGSOVEREENKOMST.
Aan de Raad.
Tijdens de werking van de Prijzenbeschikking Electrische Energie 1945
is de tussen onze gemeente en de gemeente Haarlem gesloten overeen-
komst inzake de levering van electriciteit buiten werking gesteld. Uit deze
beschikking vloeide voort, dat door de gemeente een lagere inkoopsprijs
verschuldigd was dan de overeenkomst toestond.
Genoemde Prijzenbeschikking is bij besluit d.d. 27 Maart 1952 van de
Minister van Economische Zaken met ingang van 1 April 1952 ingetrok-
ken. Als een gevolg daarvan zou de hiervoor bedoelde met de gemeente
Haarlem gesloten overeenkomst met ingang van genoemde datum weer
van kracht worden. Hierover hebben besprekingen plaats gehad tussen
vertegenwoordigers van ons eollege en van het gemeentebestuur van
Haarlem, waarbij ook een tweetal andere punten aan de orde kwamen.
Tussen deze vertegenwoordigers werd algehele overeenstemming bereikt,
terwijl de beide colleges bevestigden, dat zij bereid waren de resultaten
ter bekrachtiging aan de Raad voor te leggen.
Eén van de punten waarover overeenstemming werd bereikt is, dat ten
aanzien van de levering van electriciteit de overeenkomst weder wordt
toegepast met ingang van 1 Februari 1953 in plaats van met 1 April
1952. Een gevolg hiervan is, dat de begroting voor het electriciteitsbedrijf
voor 1953 belast wordt met hogere uitgaven voor aankoop van electriciteit
tot een bedrag van rond /88.000.Dit bedrag zal helaas slechts door
tariefsverhoging gedekt kunnen worden.
Het is in het algemeen niet de bedoeling, dat de prijs voor electriciteit
voor primair verbruik verhoogd wordt. Voor het gedeelte dat boven het
gezinsverbruik wordt afgenomen zal, om de hogere inkoopsprijs te be-
kostigen, de prijs met 3 cent per kWh verhoogd dienen te worden en
voor de openbare verlichting met 1 cent per kWh. Hiertegenover mogen
wij opmerken, dat de verbruikers enkele jaren een lagere prijs hebben
betaald dan uit de toepassing der overeenkomst zou zijn voortgevloeid,
terwijl de bij de onderhandelingen op dit punt bereikte overeenstemming
er toe heeft geleid, dat de aan Haarlem verschuldigde hogere inkoopsprijs
tien maanden later kan ingaan dan het moment, waarop de meergenoemde
Prijzenbeschikking buiten werking trad. Voor de verbruikers is hierdoor
een niet onaanzienlijk voordeel bereikt.
Wij menen, dat van deze gelegenheid gebruik gemaakt kan worden om
in de Prijzenverordening nog een paar kleine wijzigingen aan te brengen.
Wij hebben hierbij op het oog de door Uw medeleden, de heren Mr. O. H.
van Wijk en P. Zegwaart gedane suggestie om het gezinstarievenschema
iets verder uit te breiden. Zij bedoelden daarmede de groep gezinnen van
4 inwonende leden of minder te splitsen in 2 groepen.
Het thans geldende schema luidt ten aanzien van gas en electriciteit
als volgt:
Voor deze verbruiken is het tarief iets lager dan voor het meerdere
verbruik.
Wij stellen U voor de eerste groep te splitsen in 2 groepen, n.l. één van
1 of 2 personen en één van 3 of 4 personen en om dan de grenzen voor
gas
electr.
gezinnen van 4 inw. leden of minder
5 of 6 inw. leden
7 of meer inw. leden
300 M3
330
360
300 kWh
330
360