19 26 Februari 1953. tot het inwendige van enig gebouw, tenzij en alsdan voor zover het inwendige direct met het uitwendige verband houdt. 3. De commissie is bevoegd alle opmerkingen, welke zij in het belang van de handhaving of ter bevordering van het plaatselijk schoon wenst te doen, onder de aandacht van burgemeester en wethouders te brengen. 4. In geval van de beoordeling van bouwontwerpen, welke in het uit- breidingsplan op een belangrijke plaats zijn geprojecteerd, kan door burgemeester en wethouders een stedebouwkundige, adviseur van het uitbreidingsplan, aan de commissie worden toegevoegd, teneinde het oordeel van beide instanties in één advies samen te vatten. Indien een lid of eventueel plaatsvervangend lid van de commissie rechtstreeks of zijdelings op enigerlei wijze bij de voorbereiding van een ontwerp betrokken is geweest, woont hij de beraadslaging over de beoor- deling van dat ontwerp en over de vaststelling van het advies niet bij. In het advies wordt van een en ander melding gemaakt. Tenzij burgemeester en wethouders in bijzondere gevallen daarvoor toe- stemming geven, mogen de leden en eventueel het plaatsvervangend lid zich niet belasten met het door nieuwe vervangen of wijzigen van ont- werpen, die reeds aan het oordeel der commissie werden onderworpen. Voor het bijwonen van de vergadering genieten de leden een vergoeding van f 12,50 per vergadering. Indien op dezelfde dag meer dan één vergadering wordt gehouden, wordt slechts voor één vergadering een vergoeding genoten. Aan de secretaris der commissie kan een vergoeding, waarvan het bedrag door burgemeester en wethouders wordt vastgesteld, worden toe- gekend. Het bureau der commissie is gevestigd ten Raadhuize. Aldus gedaan ter openbare raadsvergadering van 26 Februari 1953. Artikel 5. De commissie regelt zelf haar wijze van werken. Artikel 6. Artikel 7. Artikel 8. De secretaris, De voorzitter,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1953 | | pagina 11