30 September 1954.
189
Overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders wordt,
zonder hoofdelijke stemming, besloten, een vergoeding te verlenen van
5.per maand, ingaande 1 September 1954.
q. verzoek van P. Peters, d.d. 8 September 1954, om tegemoetkoming
in de vervoerkosten voor zijn zoon Hendrikus Gerardus Pieter, voor het
bezoeken van de Buitenrustschool, bijzondere school voor buitengewoon
lager onderwijs, te Haarlem.
Overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders wordt,
zonder hoofdelijke stemming, besloten een vergoeding te verlenen van
/7.60 per maand, ingaande 13 September 1954;
r. verzoek van J. Th. Otte, d.d. 15 September 1954, om tegemoetkoming
in de vervoerkosten voor zijn zoon Franciscus Johannes en zijn dochter
Pietertje voor het bezoeken van de St. Jozefschool, R.K. school
voor buitengewoon lager onderwijs te Haarlem.
Overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders wordt,
zonder hoofdelijke stemming besloten een vergoeding te verlenen van
10.per maand, ingaande 1 October 1954.
s. antwoord van burgemeester en wethouders op de door de heer Ver-
spoor in de vergadering van 26 Augustus j.l. gestelde vragen inzake
de voortgang van de woningbouw in deze gemeente, hierna opgenomen.
In Uw vergadering van 26 Augustus j.l. werden door Uw medelid de
heer A. J. J. Verspoor, namens de Raadsfractie van de Partij van de
Arbeid, de volgende vragen gesteld:
„Hebben burgemeester en wethouders kennis genomen van een beschou-
wing in één der Haarlemse dagbladen van 21 Augustus j.l. waarin o.m.
gesteld wordt:
a. dat de 36 etage- en 12 eengezinswoningen aan en bij de Javalaan
die gebouwd worden uit het bouwvolume 1953, thans einde
Augustus 1954 niet verder gevorderd zijn dan de eerste verdieping
c.q. de eerste bintlaag, dat hierdoor niet alleen vele woningzoekenden
langer dan onvermijdelijk schijnt op de toewijzing van een woning
moeten wachten, maar dat tevens de krotopruiming aan de Molen-
werfslaan geen voortgang kan vinden;
b. dat de uitbreidingsplannen voor de Glip, in tegenstelling met de
voornemens, die in 1953 bestonden, nog niet bij de raad zijn ingediend
en dat ook overigens geen gronden bouwrijp zijn gemaakt, waardoor
de verwerkelijking van het bouwvolume 1954 vertraging ondervindt.
Kunnen burgemeester en wethouders mededelen of deze beschouwingen
in grote trekken juist zijn Zo neen, hoe is de toestand terzake dan Zo
ja, aehten burgemeester en wethouders het dan niet dringend noodzake-
lijk, dat op korte termijn en in snel tempo maatregelen worden genomen
om binnen de grenzen van het mogelijke de woningnood in onze gemeente
te verlichten? Kunnen burgemeester en wethouders daarbij mededelen,
welke maatregelen zij daartoe dan geëigend achten
De Voorzitter heeft toen daarop geantwoord, dat het college van bur-
gemeester en wethouders zich voorstelde op die vragen schriftelijk te
antwoorden in de vorm van een uitvoerige nota, waarin de gehele materie
zou worden b.ehandeld.
Gevolg gevende aan dat voornemen hebben wij de eer U het volgende
mede te delen: