108
2e Afd.
28 October 1954.
ONGEVAL.LENVERZEKEKING GEMEENTE-FUNCTIONARISSEN.
Aan de Raad,
In het onder dag-tekening van 8 Pebruari 1952 door de commissie ad
hoc voor bestudering der positie van de wethouders uitgebracht rapport
werd o.m. de wenselijkheid tot uiting gebracht om van gemeentewege ten
behoeve van de wethouders een ongevallenverzekering af te sluiten, zulks
op grond van de overweging dat hun functie een min of meer regelmatig
gebruik van auto's of andere vervoermiddelen medebrengt en daardoor
de kans op ongevallen in dienst der gemeente inderdaad aanwezig is.
Aan de verwezenlijking van de gedachte van genoemde commissie
stond echter het door de Kroon in hoogste instantie ingenomen standpunt,
vervat in het K.B. van 4 October 1952, no. 7, blijkens hetwelk een ten
laste der gemeente af te sluiten ongevallenverzekering voor de burge-
meester en de wethouders strijdig werd geacht met artikel 80, lid 2, res-
pectievelijk artikel 100, lid 3, van de gemeentewet, in de weg.
Bij K.B. van 10 April 1954 no. 8 werd beslist, dat een dergelijke ver-
zekering wel toelaatbaar moet worden geacht mits deze ten behoeve van
de gemeente als rechthebbende wordt gesloten. De door de gemeente te
betalen premie kan dan niet als inkomen voor de betrokken functionaris-
sen worden aangemerkt, zodat geen strijd meer bestaat met bovengenoem-
de wetsartikelen.
Wij zijn van oordeel, dat, nu tegen het afsluiten van een ongevallen-
verzekering geen bezwaar meer behoeft te worden verwacht van hogere
instanties, daartoe behoort te worden overgegaan en wij achten het ge-
wenst daarin behalve de wethouders ook de burgemeester en de secretaris
op te nemen.
Uit de van enkele maatschappijen ontvangen aanbiedingen voor een
dergelijke verzekering blijkt, dat bij een uitkering van 25.000,bij over-
lijden, van 50.000,ingeval van blijvende invaliditeit en van 1000,
als vergoeding voor genees- en heelkundige behandeling en verpleging in
totaal voor genoemde functionarissen een jaarlijkse premie van 175,
door de gemeente verschuldigd zal zijn.
Deze aanbiedingen laten ook de mogelijkheid open voor het afsluiten
van een aanvullende verzekering tegen ongevallen, welke niet in de uit-
oefening van de gemeentelijke functie zijn overkomen. Uiteraard zal de
hiervoor te betalen extra premie geheel ten laste van de betrokken func-
tionarissen behoren te komen.
Wanneer Uw college zich met het afsluiten door de gemeente van de
in dit voorstel genoemde verzekering kan verenigen, verzoeken wij U
over te gaan tot de vaststelling van bijgevoegd ontwerp-besluit.
Bij de redactie daarvan is rekening gehouden met de in het bovenge-
noemde K.B. van 10 April 1954 no. 8 tot uitdrukking komende opvatting,
dat de verzekering slechts toelaatbaar is, wanneer hieraan door de ge-
dupeerde functionarissen geen recht op een uitkering kan worden ont-
leend.
Heemstede, 21 October 1954.
Burgemeester en wethouders van Heemstede,
A. G. A. van Rappard.
De secretaris,
T. M. Schelling.
