138
28 April 1955.
het zo, dat de verenig-ing- de ouders de kosten in rekening brengt min
/15.(de subsidie die de gemeente geeft). Of wordt het bedrag door
de gemeente betaald en van de ouders teruggevorderd Gaarne ontvangt
spreker hierop een nadere toelichting.
De heer Disselkoen, wethouder, zegt, dat de zaak even anders ligt dan
de heer Ir Kooijmans meent. De kosten van een onderzoek van een kind
door het medisch opvoedkundig bureau, bedragen ongeveer 200.De
kosten van de behandeling zijn dan nog afhankelijk van de lengte van
het aantal behandelingen door de psychiater. Nu wordt voorgesteld om een
subsidie te geven van alle gemeenten in de omtrek, die tweeledig is.
In de eerste plaats een cent per inwoner, waarbij de grootste gemeente
dus het meeste betaalt en daarnaast een subsidie van /15.voor elk
behandeld Heemsteeds geval, waarbij het 2e element wordt ingeschakeld,
n.l. het aantal kinderen uit de betreffende gemeente dat behandeld moet
worden. De kosten van het bureau per behandeld geval zijn minstens
200.Het bureau berekent aan de ouders, afhankelijk van het inkomen,
een bedrag oplopend tot /200.—. Wat het verhaal op de ouders betreft,
heeft men aan de ene kant te maken met een maximum grens en aan de
andere kant met een minimum grens waarbij bedragen zoals spreker
zoëven noemde, eenvoudig niet verhaalbaar zijn. In dat geval betaalt de
gemeente, sociale zaken dus, uiteraard wat nodig is, n.l. het minimum-
tarief, welk tarief dikwijls toch weer ten dele verhaalbaar is op het gezin.
Bij een te laag inkomen betaalt dus de gemeente, bekijkt of er al of niet
verhaald kan worden en verder betaalt de gemeente subsidie per inwoner
en per kind.
Spreker wil er op wijzen, dat de maximum grens van 15.000.in
andere gemeenten niet gesteld wordt. Het is een compromis, spreker zou
haast zeggen, mede ter wille van de heer Ir Kooijmans. Het is bekend,
dat in de raad evenals in het college van burgemeester en wethouders,
de opvatting leeft, dat er toch een grens is waarboven men absoluut
zijn eigen peultjes moet doppen. Dit is in deze grens tot uitdrukking
gebracht. Wanneer er nu heel veel kinderen zouden zijn van gezinnen die
aan de bovenste grens liggen, dan zouden er toch weer moeilijkheden
komen, doordat er telkens 15.tekort gekomen zou worden, maar dat
zijn betrekkelijk zulke kleine aantallen, dat burgemeester en wethouders
dat hebben laten lopen.
De heer Mr Zeelenberg valt het op, dat 15.000.toch een heel bedrag
is. Spreker vraagt of die grens niet wat hoog ligt.
De heert Disselkoen, wethouder, antwoordt, dat het bedrag van
15.000.een soort compromis is. De opvatting van het college van
burgemeester en wethouders is, dat de gemeente deze tweeledige subsidie
moet geven om het bureau te kunnen laten functionneren en dat daarbij
de betrokkenen, naar de maatstaven die daarvoor staan, de kosten betalen.
Deze opvatting wordt ook door andere gemeenten gedeeld. Het geven
van een bedrag van 15.voor elkeen, acht het college, kennend ook
de opvatting van de raad, niet juist. Daarom is er een grens gesteld naar
boven, die enerzijds aan de principiële opvatting van een deel der raads-
leden tegemoet komt en anderzijds maakt, dat het bureau niet in moei-
lijkheden komt. Zou men het bedrag te laag stellen, dan zouden er te
veel gevallen zijn waarbij het bureau de bijdrage van /15.niet zal
ontvangen.
De heer Mr Zeelenberg zegt, dat sprekers aarzelende instemming met
het gesprokene door de wethouder, er reeds op wees, dat hij het met
diens opvatting toch niet helemaal eens is. Spreker vindt n.l. dat het
bureau wel wat meer subsidie gegeven mag worden. In plaats dat spreker