17
3. Het is aan de houder van een inrichting, waartoe één of
meer voor het publiek toegankelijke lokaliteiten behoren, of aan
degene, die een andere ruimte of plaats voor het publiek toeganke-
lijk stelt, verboden toe te laten, dat in die lokaliteit(en), respectie-
velijk in die ruimte of op die plaats een inzameling, die ingevolge
lid 1 is verboden, gehouden wordt.
Artikel 87
1. Het is verboden in of op een voor het publiek toegankelijke Onthcfling
ruimte of plaats met goederen, van welke aard ook, uitgezonderd en
gedrukte stukken, te venten in de zin van artikel 53.
2. Het bepaalde in het eerste lid geldt niet voor de houder van
de inrichting, waartoe één of meer voor het publiek toegankelijke
lokaliteiten behoren, of voor degene, die overigens een ruimte of
plaats voor het publiek toegankelijk stelt, noch voor een persoon,
die in die inrichting, in die ruimte af op die plaats in het bedrijf
werkzaam is.
3. Het is aan de houder van een inrichting, waartoe één of meer
voor het publiek toegankelijke lokaliteiten behoren, of aan degene,
die een andere ruimte of plaats voor het publiek toegankelijk stelt,
verboden toe te laten dat in die lokaliteit(en), respectievelijk in die
ruimte of op die plaats met goederen van welke aard ook, uitge-
zonderd gedrukte stukken, wordt gevent in de zin van artikel 53
door een persoon, die niet aldaar in het bedrijf werkzaam is.
Artikel 88
Het is verboden met gedrukte stukken in of op die voor het
publiek toegankelijke ruimten of plaatsen en op die dagen of uren,
ten aanzien waarvan burgemeester en wethouders zulks in het be-
lang van de openbare orde en veiligheid in een door hen af te kon-
digen besluit ongeoorloofd hebben verklaard, te venten in de zin van
artikel 53.
Artikel 89
De houder van een voor het publiek toegankelijke ruimte of
plaats is verplicht aldaar de politie te allen tijde toe te Iaten.
4. Toezicht op vermakeHjkheden
Artikel 90
De bepalingen van deze paragraaf zijn niet van toepassing op
gevallen, waarin een vergunning als bedoeld in artikel 1 der bios-
coopwet vereist is.
Artikel 91
1. Het is de houder van een voor het publiek toegar.kelijke ruimte
of plaats verboden daarin of daarop een voordracht, een tentoon-
stelling, een uitvoering of een voorstelling van welke aard ook, te
houden of toe te laten.
2. Het eerste lid is eveneens van toepassing op hetgeen ten
gehore wordt gebracht door middel van automatische instrumenten,
radiotoestellen of geluidversterkers.
Artikel 92
1. Wanneer ongeregeldheden ontstaan tijdens een openbare bij-
eenkomst als bedoeld in een der artikelen 91 en 93 voor het
houden waarvan de burgemeester toestemming of ontheffing van
Ontheffing
B.