19
aanzegging- van een ambtenaar van politie verplicht zich aldaar
bevindende bezoekers te doen vertrekken, de inrichting te sluiten,
en die gesloten te houden zolang de burgemeester bedoelde strijd
aanwezig acht.
2. Het is verboden gedurende de tijd, dat de inrichting ingevolge
het eerste lid gesloten behoort te ziin, zich aldaar als bezoeker te
bevinden.
3. De bezoeker, die zich in strijd met het in het tweede lid be-
paalde in de inrichting bevindt, is verplicht op eerste aanzegging
van de houder of op vordering van een ambtenaar van politie te
vertrekken.
4. Voor de toepassing van dit artikel worden onder bezoekers
verstaan allen, die zich in de inrichting bevinden of daar toegelaten
worden, met uitzondering van de personen genoemd in artikel 106
lid 3 onder a, b en d.
Artikei 98
De houder van een kermisinrichting is verplicht zorg te dragen, Ontheffing
dat binnen drie dagen na afloop van de tijd, waarvoor de in artikel B' en
95 bedoelde vergunning geldt, het hem aangewezen terrein geheel
is ontruimd.
6. Toezicht op inrichtingen als bedoeld in de drankwet
Artikel 99
1. Alleen in deze paragraaf wordt onder „inrichting" uitsluitend
verstaan
Ieder gebouw, bevattende een of meer voor het publiek toegan-
kelijke lokaliteiten, waarvoor een volledige vergunning, een tap-
vergunning, een verlof A of een verlof B geldt, alsméde de bij-
behorende open aanhorigheden. Tot een inrichting behoort niet het
gedeelte van een gebouw, hetwelk uitsluitend als woning gebruikt
wordt.
2. In deze paragraaf wordt onder ,,volledige vergunning" tap-
vergunning", „verlof A", „verlof B", „sterke drank", „zwak-alc'oho-
lische drank" en ,,lokaliteit" verstaan wat daaronder wordt ver-
staan in artikel 1 der drankwet (Stbl. 1931 nr 476).
Artikel 100
1. Het is verboden in een inrichting als bedoeld in artikel 99,
eerste lid, baldadig geraas te maken, wanorde te veroorzaken of
zich aldaar in kennelijke staat van dronkenschap te bevinden.
2. Hij, die handelt in strijd met lid 1, is verplicht zich op eerste
aanzegging van de houder der inrichting of op vordering van een
ambtenaar van politie uit de inrichting te verwijderen.
3. Iedere houder van een inrichting of zijn vervanger is verplicht
personen, die baldadig geraas maken, wanorde veroorzaken of zich
m kennelijke staat van dronkenschap bevinden, onmiddellijk uit zijn
inrichting te verwijderen of te doen verwijderen.
Artikel 101
De houder van een inrichting is verplicht te zorgen, dat zijn
voor het publiek toegankelijke lokaliteit(en), zolang zich daarin
een of meer bezoekers bevinden, van de weg af door een of meer
deuren onbelemmerd toegankelijk is (zijn) voor de ambtenaren
van politie.