50 Artikel 245 1. Als naar het oordeel van burgemeester en wethouders niet over voldoende bluswater uit andere hoofde kan worden beschikt zijn bij vriezend weer de door of namens burgemeester en wethou- ders aan te wijzen hoofdbewoners van aan of nabij water gelegen v/oningen verplicht te zorgen voor het maken en onderhouden van een ijsbijt. 2. Ieder, op wie de in het eerste lid omschreven verplichting rust, is gehouden de ijsblokken rondom de bijten op te stapelen. 3. Bij een onbewoond gebouw of een ongebruikt erf rusten de in dit artikel omschreven verplichtingen op hem, die over dat gebouw of dat erf het beheer heeft. 4. De eigenaar van het water is verplicht het maken en onder- houden van ijsbijten, als in dit artikel bedoeld, te gedogen. Artikel 246 1. De eigenaar of de gebruiker van een gebouw is verplicht zorg te dragen, dat de grachten en de sloten om zijn gebouw zodanig op breedte en diepte en vrij van planten worden gehouden, dat de aan- wezigheid of toestroming van een voldoende hoeveelheid bluswater te allen tijde verzekerd is. 2. Burgemeester en wethouders kunnen van het bepaalde in het vorige lid ontheffing verlenen in de gevallen, waarin naar hun oordeel uit anderen hoofde over een voldoende hoeveelheid blus- water kan worden beschikt. Artikel 247 De eigenaar of de gebruiker van een gebouw of een terrein, waarin of waarop brand woedt, is verplicht op vordering van hem, die bij de brandbestrijding het bevel voert, alle door deze nodig geachte bijstand te verlenen of te doen verlenen ter bevordering van de bestrijding. Artikel 248 1. In andere gevallen dan die, waarin artikel 446 van het wet- boek van strafrecht van toepassing is, is bij brand, indien de om- standigheden zulks vorderen, ieder verplicht te gehoorzamen aan de bevelen, door of vanwege de burgemeester in het belang der handhaving van de openbare orde of de veiligheid ter plaatse dan wel in het belang van de bestrijding van de brand gegeven. 2. Ieder is verplicht bij brand op bevel, door of vanwege de bur- gemeester gegeven, het hem ter beschikking staande water ten behoeve van het blussingswerk af te staan, aan de ambtenaren van de brandweer en van politie onverwijld de weg naar dat water te wijzen en hun vrije toegang te verlenen in, op en door het onroerend goed, hetwelk bij hem in gebruik is. 3. De bewoner van een perceel in de nabijheid van een brand is verplicht in het belang van de brandbestrijding en ter beveiliging van personen en goederen op bevel door of vanwege de burgemees- ter gegeven, de verlichting in zijn woning te ontsteken en naar buiten te doen uitstralen. Artikel 249 1. Het is verboden zich te begeven op het terrein dat ingeval van brand of brandgevaar op last van de burgemeester, de brand- weer of de politie is afgezet.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1955 | | pagina 64