246 29 september 1955.
wdiSCh? sa:nctie °P maar een Politieke. Dat zou naar sprekers me-
n ng- het geval zijn, wanneer het college na een duidelijke uitspraak van
Er zou nieî venf ,eenzelftde commissie zou benoemen als adviescommissie.
Er zou niet veel tegen te doen zrjn. Alleen in de politieke sfeer zou dit
fnnnen Jorden gebruikt zo niet uitgebuit en zelfs moties van wantrouwen
mnfaarVan t gel°]g kunnen z'Jn. daargelaten wat het college met
zo n motie zou moeten doen. Dit kan dus ook verder blijven rusten
,.zlt ook voor spreker, als jurist van de dagelijkse praktijk iets be-
S m' f ef eetn commissie zou zijn die al direct als een soort van
rechter een klem beetje zou optreden tussen het college van burgemeester
en wethouders en de adviescommissie. Er is dan een fbjecUeve fommfssîe
J J1! e zaken staat en met bij de dagelijkse woonruimteverdeling
betrokken îs. Spreker stelt zich nu even de praktische gang van zaken
hh°huisPXzm, w u n inJ°'n commissie en hii kriJgt een briefje thuis of
nnh ien vorderen. Spreker zou zeggen, waarom? Hoe zijn de
andere mogelijkheden, welke huizen staan er nog meer, hoeveel mensen
vragen om woonruimte, kunnen we niet ruilen, verschuiven? Hoe kan
deze commissie nu toch praktisch werken zonder bij de dageiijkse gang
n zaken betrokken te zijn, dus zonder de mogelijkheden te kennen die
nog op andere wijzen bestaan. Dat kan toch alieen maar de commissie
InndatVkaSn t8 geIl;,ks hlerin. ronddwarrelt, zoekt, met de mensen spreekt
wordt h pt niot o gfn Commlssle die al deze zaken niet kent. En wat
dif. stroeve gang van zaken als men naast deze commissie
spreken met eigenaren en mede-eigenaren omdat men allerlei
wegen zoekt die în elkaar moeten passen, in een heel andere commissie
nog ëens pretnes hetzelfde gaat doen. Want de laatste commissie is niet
odamg bij de zaak betrokken dat zij er goed in zit. Hiertegen valt het
f"°r ee dat. Z1J wat objectiever zou zijn, een klein beetje rechter weg
omdat ze mmder weet. De commissie van advies wordt geacht alles té
hiekhedeen d"6et °°k °P dU &ebied' Z« weet wanneer ^Zäere moge.
ijkheden dan vordermg, zijn uitgesloten, en dat alleen in het uiterste fe-
val gevorderd mag worden. Hoezeer ook het voorstel van Mr. Zeelenberg
fn ^vredesnTfm d6"' d^ praktische overwegingen zegt spreker, laat toch
m vrecJesnaam de adviescommissie en de vorderingscommissie dezelfde
zijn.
De Voorzitter zegt, dat de zeer goede argumentatie van Mr van Wiik
ten volle door het college wordt onderschreven. Spreker hoopt intens dat
voor de raad aanleiding moge zijn om zijn bezwaren te laten vallen.
De heer Mr. Zeelenberg kan niet voor dit voorstel stemmen hoezeer het
df^n5,d1Jl JP,leZe WljZe °P dit t0Ch wel princiPiëIe punt d'e wegen van
de raad hier bhjkbaar uiteen gaan. Sprekers overweging was om voor te
znn d commissIe voor korte iiermijn te benoemen. Stel dat dat voorstel
zou worden aanvaard, dan zou men een maand voor het einde van die
d.3' m PreC1? dezelfde situatie verkeren als nu. Dan zouden weer
ter tafel fffff1011!611 spelen. en zouden de kaarten weer op dezelfde wijze
ter tafel liggen als ze nu hggen. Wanneer spreker de gevoelens zo peilt
en de sterkte van de kaarten ziet, dan gelooft hij, dat de kracht bij hem
dat hh Wi6hPwfmer d° Jmstheid van z«n standpunt handhaaft, gelooft hij,
ofLdio- f VO d S Van 21111 aanvankeiijk voomemen, de hele affaire
g Z1 ophouden- Spreker zal dan ook formeel zijn voorstel niet doen
Zlch beperken door aan deze commissie zijn stem niet te geven.
De heer Zegwaart wijst er op, dat de raad aan het einde van de korte
dlaTif deflfaVwa kunnen noemen- Dat kan vandaag ook gebeuren, maar
daar îs de raad waarschijnlijk met op voorbereid. Spreker ziet dus wel een
ontstaan aTrff tussen de situatie zoals zij nu is en de situatie die zou
ontstaan als deze commissie voor een korte termijn is benoemd.