mSSÊm 26 januari 1956. 21 dp zen 6 daagse werkversehaffing heeft aangelegd onder leidmg van een opzichter van de gemeente. De aanleg van die sportvelden waar de heer Brink zo tegenaan kijkt, is werkelijk met z;o'n verschnkkelijk karwer Dat werk kan rustig aan een of andere aannemer die op dit terrem toch wel haar sporen heeft verdiend, worden opgedragen. Uitvoenng door de Grontmij vindt spreker absoluut onjuist, omdat men met weet waar men aan toe is. Er wordt nu wel een bedrag genoemd, maar het kan ook zijn dat het 10.000,— of f 20.000,— meer kost. De Voorzitter zegt, dat de heren van der Linden en Zegwaart voorstan- ders zijn van aanbesteding van dit werk, terwijl de heer Brmk er voor waarschuwt dat slechts weinig aannemers verstand hebben van het aan- leueen van sportterreinen. Dit laatste argument heeft de doorslag ge- eeven bij de beslissing die het college genomen heeft, omdat de Grontmij. precies weet hoe het moet gebeuren. Spreker wil toegeven dat m het uitvoeren van het werk in rcgie een onzekere factor zit. De pnjs kan tegen- maar ook meevallen. Oorspronkelijk bestond het plan dit werk te doen uitvoeren door de D.U.W. waarbij gehoopt werd dat zodoende sub- sidie in de uitvoering zou kunnen worden verkregen. Dit îs echtei' door de schitterende economische toestand waarin ons land verkeert, niet meer mogelijk. Bij het opzetten van dit project zijn burg:emeester en wethouders van meet af aan in zee gegaan met de Grontmij. Deze semi-overheids- instelling beoogt niet het maken van wkist, waarom burgemeester en wethouders meenden een maatschappij aangetrokken te hebben die het vertrouwen van de raad waard is. De mogelijkheid bestaat dat dit werk kan worden aanbesteed en uitgevoerd onder directie van de Grontmij. Spreker zou dat echter toch niet billijk vinden, want de Grontmij heeft over dit project uitvoerige rapporten uitgebracht, heeft burgemeester en wethouders van voorlichting gediend, waarbij zij er natuurlijk van uit- gegaan is, dat het werk uiteindelijk aan de Grontmij. zou worden gegund. Zou dit werk aan een andere aannemer worden gegeven dan beschikt hii niet over de gegevens die door de Grontmij zijn verzameld. Dan moeten er nieuwe onderzoekingen plaats vinden, nieuwe metingen worden ver- richt e.d Spreker begrijpt dan ook niet dat de heer van der Linden er -o aan vasthoudt om de Grontmij eigenlijk haar congé te geven Door de heer Scheer is opgemerkt, dat hij de kosten te hoog vmdt. Doordat men vroeger een overvioed aan werklieden had en nu met meer, ziin de arbeidslonen mede gestegen, waardoor uiteraard dit werk naar verhouding veel duurder mtkomt dan vroeger. Ondanks het feit dat de H.B.C. haar eigen terreinen in exploitatie gaat brengen verdrmgen ver- schiilende clubs zich voor het huren van een terrein. Op de Glip îs een vereniging die hoogstwaarschijnlijk haar terrein zal moeten missen. Bo- vendien springt R.C.H. om meer terreinen. Daarbij komt dat Heemstede voor verenigingen uit Haarlem terreinen beschikbaar stelt, hetgeen ean soort gemeenschapsplicht is ten aanzien van buurgemeenten. Een en ander in aanmerking nemende moet men wel tot het mzicht komen deze terreinen dringend noodzakelijk zijn. De heren Drs. Weijers en Verspoor verlaten de vergadering. De heer van Lent, wethouder, gelooft dat de wederzijdse standpunten wel tot elkaar zijn te brengen. Omdat burgemeester en wethouders wisten dat hierover vragen zouden worden gesteld, hebben zij aan de Grontmjj. gevraagd of aanbesteding van dit werk mogelijk is. De Grontmij. ant- woordde daarop dat dit voor een deel van het werk wel kan o.a. het grond- werk, levering van zand enz.. hetgeen een belangrijk deel van het werk is. De drainering en het inzaaien houden zij aan zich. Ook kan de Grontmij. er mede akkoord gaan dat zij, indien het werk gedeeltelijk wordt aanbe- steed de directie blijft voeren. Spreker meent dat dus de zekerheid be- MMM

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1956 | | pagina 21