78 31 januari 1956. gegeven moet worden, dan is spreker het met de heer Verhoeven eens. Maar spreker ziet het anders. Het is tenslotte toch een eer om vertegen- woordiger van de burgerij te zijn, om de algemene zaak te dienen. Dat noopt de raadsleden om op dit punt een zekere mate van bescheidenheid te betrachten. Dat is voor spreker de reden dat hij, wanneer de presentie- gelden aan de orde komen, altijd enigermate terughoudendheid betracht. Gelet op het feit dat de laatste verhoging van het presentiegeld nog be- trekkelijk kort geleden is tot stand gekomen, meent spreker dat men daar nu niet over beginnen moet. Spreker wil wel toegeven, dat een presentie- geld van 6,voor het bijwonen van commissievergaderingen een klein beetje aan de lage kant is. Het is echter altijd zo lastig om als raadslid hieromtrent een voorstel te doen. Laat het college de hoogte van het presentiegeld voor de commissievergaderingen nog eens overwegen. De raad kan er dan verder het zwijgen toe doen en afwachten wat het college meent in deze te kunnen voorstellen. De Voorzitter kan het gesprokene door de heer van Bruggen slechts onderschrijven. De dienende taak van de leden van de raad is primair. Anderzijds moet er wel degelijk rekening mee worden gehouden dat een ieder de mogelijkheid moet hebben om het raadslidmaatschap te vervullen en daardoor financieel geen schade lijdt. Hier moet dus een compromis gevonden worden. Spreker meende, dat, voorlopig althans, het presentie- geld voldoende was. Dit zal echter in het college opnieuw bekeken wor- den. Ten aanzien van de wens inzake verhoging van het presentiegeld voor het bijwonen van commissievergaderingen merkt spreker op, dat hij de redelijkheid daarvan niet kan ontkennen. Geprobeerd zal worden om daarvoor een hoger bedrag vastgesteld te krijgen. Volgno. 94. Kosten van een contactavond met het gemeentepersoneel. De heer Zegwaart zegt, dat burgemeester en wethouders in hun ant- woord opmerken, dat het moeilijk blijft om ,,elck wat wils" te brengen. Daarmede is spreker het eens. Hoewel de contactavond leuk en gezellig was, meent spreker toch dat een volgende keer getracht moet worden iets te organiseren wat meer contact geeft. Spreker hoopt niet dat hier een personeelsvereniging in het leven wordt geroepen, omdat dit niet gewenste gevolgen kan hebben. De Voorzitter zegt de laatste opmerking niet te kunnen onderschrijven omdat het personeel bij elkaar hoort. Wat de eerste opmerking betreft, merkt spreker op, dat het college niet tevreden is over het peil waarop de eerste contactavond stond. Ondanks dat gelooft spreker toch wel dat deze avond aan zeer veel mensen iets gebracht heeft dat zij niet hadden beseft, n.l. dat zij bij elkaar hoorden. Het gebodene op deze avonden zal langzamerhand moeten stijgen tot een peil dat algemene waardering kan hebben. Dit moet groeien. Misschien is het college het volgende jaar ge- lukkiger in de keuze van de artisten, zodat het geheel op een hoger cul- tureel plan komt. Spreker zal het altijd zeer op prijs blijven stellen wan- neer door het personeel zelf ook iets wordt gepresteerd. Men mag echtei niet eisen dat het personeel een programma brengt dat de hele avono vult. Dit zou wat veel gevergd zijn omdat iedereen die avond gast is. De heer Drs. Weijers is van mening, dat het aan deze avond bestede geld niet het rendement heeft opgeleverd wat men er van verwachtte Spreker had zich de contactavond anders voorgesteld. Uit het gesprokene door de voorzitter blijkt, dat het voortaan een avond moet worden met een cultureel genot en dat gestreefd moet worden naar het opheffen van het culturele peil van het personeel. Spreker dacht echter dat het ging om contact te leggen tussen de personeelsleden van de gemeente. Er was evenwel veel te weinig gelegenheid en tijd om met elkaar contact op te

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1956 | | pagina 52