101
23 februari 1956.
benoemd tot wethouder van onze gemeente, waarbrj hij de portefeuilles on.
derwijs, bedrijven en volksgezondheid kreeg te beheren. Als wethouder
toonde hij veel initiatief te bezitten. Het college stond wel eens sceptisch
tegenover een of ander nieuw denkbeeld van hem, maar toch zijn de meeste
van zijn ideëen verwezenlijkt kunnen worden.
Zijn taak als wethouder van de bedrijven in de na-oorlogse jaren was
een zeer moeilijke, omdat tijdens de oorlog het onderhoud der bedrijven
was verwaarloosd. Veel werk heeft hij verzet om de bedrijven weer goed
te doen functioneren. Ik meen dat de heer Disselkoen degene geweest
is die het initiatief nam tot het invoeren van de gezinstarieven, zoals wij
die op het ogenblik kennen.
Als wethouder voor de volksgezondheid heeft hij de stoot gegeven voor
een grote uitbreiding van het gezondheidshuis, zodat wij thans trots kun-
nen zijn op dit medisch centrum. De heer Disselkoen heeft voorts veel
werk verricht aan de plannen voor nieuwe zwemvijvers. Het is jammer
dat hij deze niet heeft kunnen voltooien. Ik hoop dat zijn opvolger in deze
plannen de stimulans moge vinden om dit werk voort te zetten.
Ook heeft hij. als wethouder van onderwijs, buitengewone verdiensten
voor onze gemeente verworven. Het onderwijs had zijn volle belangstelling.
Hij was een warm voorstander van de vernieuwing van de onderwijs-me
thoden, zoals o.a. blijkt uit de invoering van de tape-recorder op de
scholen. De plannen voor de bouw van 2 kleuterscholen alsmede de bouw
van een sportgebouw aan de Lanckhorstlaan, konden tot nu toe, geheel
buiten zijn schuld, nog niet uitgevoerd worden. Maar ook hier geldt, dat
zijn opvolger een dankbaar gebruik zal krmnen maken van het voorbe-
reidende werk dat hij hiervoor verricht heeft. Wel zijn onder zijn wethou-
derschap gebouwd een 6-klassige ulo school (St. Antoniusschoolen een
christelijke kleuterschool aan de Koediefslaan, terwijl ook de uitbreiding
van de St. Henrieusschool tot stand kwam.
Hoewel de heer Disselkoen krachtens zijn beginsel het openbaar onder-
wijs voorstond heeft hij ook volkomen onpartijdig de zaken van het bij-
zonder onderwijs op een buitengewone wijze behartigd. Ik meen dat daar-
voor een speciaal woord van hulde op zijn plaats is.
Ik wil ook nog wijzen op zijn initiatief tot de bouw van de gemeentelijke
bibliotheek en leeszaal waarin ook de R.K. bibliotheek en leeszaal is on-
dergebracht. Deze samenwerking was een novum in den lande en is alleen
mogelijk gemaakt door de buitengewoon soepele houding die de heer Dis-
selkoen hierbij heeft aangenomen.
Na deze korte opsomming van de werkzaamheid van de heer Disselkoen,
meen ik wel te mogen zeggen, dat de gemeente in hem een uitstekende
kracht heeft verloren. Menselijkerwijze gesproken is hij te vroeg van ons
heengegaan, maar er zijn hogere machten die daarover beslissen. Wij heb-
ben ons daarbij neer te leggen.
Dat de raad de heer Disselkoen gewaardeerd heeft, bleek het beste,
toen enkele jaren geleden, door een veranderde samenstelling van de raad,
het gevaar bestond, dat de heer Disselkoen niet meer voor een herbenoe-
ming als wethouder in aanmerking zou komen. Door het creëren van een
vierde wethouderszetel is het gelukt hem als wethouder te behouden.
Gisteren hebben wij een brief van mevr. Disselkoen ontvangen, waarin
zij aan de raad en aan het college van burgemeester en wethouders dank
brengt voor de bewijzen van deelneming die zij ontvangen heeft en waaruit
zij meent te mogen opmaken dat wij waardering hebben voor het werk
van haar overleden echtgenoot. En moge dan deze waardering, die ik
namens de raad meen te mogen uitspreken, voor de weduwe en de kinde-
ren een troost zijn. Vriend Disselkoen, wij moeten afscheid van U nemen.
Namens de raad, namens het college, breng ik U dank voor het vele werk
dat U voor ons gedaan hebt. Uw nagedachtenis zal bij ons in hoge ere
blijven. Rust in vrede.