141 27 april 1956. ziclitigd waarin veel comfort was aangebracht, zoals badgelegenheid, centrale verwarming e.d. Spreker heeft toen gevraagd hoe dat betaald kon worden. De lonen waren echter zodanig hoog dat het meerdere comfort best daarvan betaald kon worden, terwijl daar ook de vrouwen werken. Spreker heeft altijd geleerd dat het een goede situatie is als de huur 1/7 van het loon bedraagt. Van het bruto-loon moeten echter verschillende bedragen worden afgetrokken, zoals loonbeiasting, premies voor ziekte- en werkloosheidsverzekering en over een poosje komt daar nog 7% bij voor ouderdomspensioen. Neemt men 7 maal het huurbedrag dan komt men tot een inkomen per week dat er wezen moet, wil men, gelet op alle andere omstandigheden, deze huur kunnen betalen. Ook moet de huur kunnen worden betaald bij werkloosheid, als het loon dus op 80% komt. Van de huur uitgaande zouden de bewoners van deze huizen dus minstens een weekloon moeten hebben van f 8'2'.25. Spreker ziet qua zijn functie bij de Raad van Beroep nog al eens lonen, maar buiten de bouwvakken komt men een dergelijk loon niet zo verschrikkelijk veel tegen. Spreker vraagt zich dan ook af of praktisch gesproken deze woningen niet zodanig worden dat zij aan een andere categorie personen moeten worden toegewezen. De behoefte aan weekhuurwoningen is uitgezocht op het moment dat het voorstel is gedaan, maar worden deze woningen voor die categorie dan niet wat duur. Sprekers bezwaren komen niet voort uit het feit dat hij de betrokkenen het meerdere comfort niet gunt. Het moet echter betaald kunnen worden. Ook zal men er rekening mede moeten houden, dat de algemene ervanng is, dat het stoken van een centrale verwarming meer aan brandstoffen kost dan van een kachel. Spreker vraagt hoe dit voorstel nu past in het geheel van het woon- ruimtebeleid dat wij in Heemstede voeren. De heer Zegewaart juicht dit voorstel van harte toe, hoewel hem da.t waarschijnlijk in botsing brengt met de heer Van der Binden. Spreker wil er aan herinneren dat hij al herhaalde maien heeft aangedrongen op het aanbrengen van meer comfort in de weekhuurwoningen. Hij verheugt zich er dan ook ten zeerste over dat nu een proef genomen wordt met het aanbrengen van centrale verwarming in deze woningen. Spreker is van oordeel dat de meeste woningen gedurende 7 maanden van het jaar maar voor een zeer klein gedeelte bewoond worden, doordat slechts in één ver- trek gestookt wordt. Het kan nodig zijn dat door bijzondere gebeurtenissen in een gezin in meerdere kamers moet worden gestookt. Nu in arbeiders- gezinnen ook kinderen studeren kunnen zij in deze woningen buiten het woonvertrek een plaatsje vinden. De heer van der Linden heeft altijd gepoogd om de huren zo laag moge- lijk te houden. Voor dit lofwaardig streven voelt spreker ook veel. Maar dat moet niet betekenen dat men ook alle comfort die er in een woning is aan te brengen, daaruit moet weren, want dan is spreker het niet met hem eens. Spreker is van oordeel dat de raad vandaag een besluit neemt dat niet alleen voor dit ogenblik maar ook voor over 10 jaar, als er dus wat meer ruimte zal zijn op de woningmarkt, van grote betekenis zal zijn. Daar moet men met besluiten over woningbouw rekening mee houden. Zoals men nu praktisch bij alle woningbouw rekent op douche-gelegenheid, het- geen vroeger niet het geval was en die ook extra kosten met zich brengt, zo zal het wat centrale verwarming betreft, ook die kant uit moeten gaan. Spreker wijst er op, dat b.v. in Haarlem hele woonwijken met centrale ver- warming zijn gebouwd. In antwoord op het bezwaar van de heer Van der Linden dat meerdere gegadigden die voor deze huizen in aanmerking komen de woningen niet zullen kunnen aanvaarden omdat voor hen de huur te hoog zal zijn, merkt

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Raadsnotulen Heemstede | 1956 | | pagina 6